Op vlak van werkgelegenheid zijn er nog enkele opvallende cijfers in West-Vlaanderen: het aantal zelfstandigen op landbouwbedrijven stijgt met 2% in de periode 2017-2020 van 16.490 naar 16.827. Daarnaast is het aandeel landbouwers in bijberoep is ook aan een opmars bezig (+12,2%) van 2.387 naar 2.678 personen, evenals het aandeel landbouwers na pensioen (+ 5,8%) van 2.624 naar 2.777 personen. En hoewel het een overwegend mannelijke sector is, is toch 3 op de 10 zelfstandigen op landbouwbedrijven een vrouw.
Met het rapport geven de vijf Vlaamse provincies een actueel overzicht van cijfers binnen de landbouwsector. Daaruit blijkt onder andere ook dat West-Vlaanderen nog steeds de grootste landbouwprovincie is. West-Vlaanderen herbergde 8.061 landbouwbedrijven in 2019, gevolgd door Oost-Vlaanderen met 6.033 bedrijven. De totale omzet hiervan bedraagt van circa 2.057 miljoen euro (Antwerpen volgt met 1.246 miljoen euro).
Op alle vlak koploper
West-Vlaanderen heeft ook het grootste areaal landbouwgrond: in totaal wordt er 201.842 ha grond bewerkt. Oost-Vlaanderen volgt met 147.750 ha. Diksmuide heeft de grootste oppervlakte grasland (5.288 ha), Poperinge is kampioen in aardappelen telen (1.720 ha), Ieper heeft het grootste areaal groenten (1.293 ha) en fruit (85 ha) en Pittem telt dan weer 104 ha sierteelt en boomkwekerij.
Een hoge concentratie runderen treffen we vooral aan rond Brugge en in de Westhoek. Varkenshouderijen bevinden zich in een brede band van de Westhoek over Midden-West-Vlaanderen tot de regio rond Ruiselede, Tielt, Wingene en Pittem. De kippenhouderijen concentreren zich dan weer vooral in de Westhoek, Midden-West-Vlaanderen en in mindere mate in Zuid-West-Vlaanderen.