Wat het aantal starters betreft kent West-Vlaanderen na de stevige terugval van 2022 terug een minimale stijging. Dat de starters niet meer stijgen, baart ons wel zorgen, aldus Unizo Door het stijgend aantal stopzettingen dreigt immers ook de netto groei te stagneren. “We kunnen dan ook niet genoeg hameren op het belang van een goed en gezond ondernemersklimaat waar starters de ruimte hebben om te groeien en te experimenteren”, zegt Vincent Kint, gedelegeerd bestuurder van Unizo West-Vlaanderen.”
Het goede nieuws is wel dat West-Vlaamse starters binnen de 5 jaar wel de hoogste overlevingskans hebben. Om wie onderneemt te steunen vraagt Unizo de nieuwe federale regering om een ondernemersaftrek in te voeren en administratieve rompslomp aan te pakken.
Bouw, detailhandel en horeca gaan achteruit
Net als de voorbije jaren worden de meeste ondernemingen opgericht in de dienstensector. We tellen 46.508 starters, een aandeel van 38,6% ten opzichte van het totale aantal starters. De tweede grootste sector op niveau van de hoofdgroepen zijn de vrije beroepen. Zij hebben met 19.257 starters een aandeel van 16,0% . Dan volgen de bouwsector (12,3%) en de detailhandel (7,3%).
In vergelijking met 2022 zien we een daling van het aantal starters in de bouw, detailhandel, horeca en groothandel. Opmerkelijk is dat de horeca over 2021 en 2022 15% meer starters telde, maar nu terug licht daalt (-2,2%). De belangrijkste reden zou het gebrek aan voldoende accommodatie zijn.
Meer met minder
Vincent Kint, topman van Unizo West-Vlaanderen, breekt nog maar eens een lans voor minder drukkende fiscaliteit en minder administratieve rompslomp. “Ook ondernemers met een eenmanszaak worden belast in de personenbelasting”, aldus Kint. “We moeten hen zuurstof geven. De ondernemersaftrek ondersteunt actieve ondernemers én kan de goesting om te ondernemen ook stimuleren bij andere personen. Bovendien is dit een positieve maatregel die het verschil in belastingdruk tussen vennootschappen en eenmanszaken verkleint. Door het invoeren van de ondernemersaftrek van 20% – met een jaarlijks maximum van 20.000 EUR – kunnen zelfstandige ondernemers tot 10,70 procentpunt van hun belastingen besparen. Bovendien verschuift zo het kantelpunt waarop eenmanszaken meer belast worden dan vennootschappen van 42.500 euro naar 87.500 euro winsten of baten.”
Unizo West-Vlaannderen hekelt ook de gigantische administratieve rompslomp. “Vereenvoudiging leidt nochtans tot meer ondernemerszin en tot een verhoogde competitiviteit”, besluit Kint. “In tijden van begrotingstekort is het één van de goedkoopste manieren om tot die resultaten te komen. Zo moet er toezicht komen op administratieve vereenvoudig voor nieuwe én bestaande regels, met duidelijke doelstellingen die consequent worden opgevolgd. Voor elke euro extra administratieve last, moet er voor 3 euro vereenvoudigd worden.”