De hogescholen in Vlaanderen staan mee aan de basis van belangrijke innovaties. Ze staan mee aan de basis voor het oplossen van problemen waar ook bedrijven geen oplossing voor vinden. Goede infrastructuur is dan ook nodig voor onderzoek en ontwikkeling op het vlak van duurzaamheid, zorg en gezondheid en digitalisering. De vele studenten worden zo geprikkeld om producten of concepten te bedenken in het belang van de samenleving. “We verwachten ook dat onze investeringen leiden tot onderlinge samenwerking en samenwerking met kmo’s en tot het delen van waardevolle kennis”, aldus Vlaams minister Hilde Crevits.
Ontsluiten van kennis
Anders dan universiteiten zijn hogescholen veel meer gericht op praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek. Dat betekent dat het onderzoek dat ze doen ook direct toepasbaar is in bedrijven. De kennis en de expertise die ze creëren, kan kmo’s helpen met praktijkgerichte uitdagingen. Via het project Blikopener zet VLAIO al in op het ontsluiten van innovatiekennis bij hogescholen en op het ondersteunen van samenwerking tussen hogescholen en bedrijven.
Om het onderzoek door de hogescholen te versterken, lanceerde minister Crevits in het voorjaar van 2021 opnieuw een oproep voor financiële ondersteuning van nieuwe onderzoeksinfrastructuren of de verbetering van de bestaande infrastructuren. Met deze investering worden de onderzoeksmogelijkheden van hogescholen uitgebreid en wordt de onderlinge samenwerking tussen verschillende vakgroepen en kennisinstellingen gestimuleerd.
Bij de selectie van de projecten werd ook hun link met de bedrijfswereld en zorgsector in rekening genomen. De bedoeling is om onderzoek uit te voeren in nauwe samenwerking en de resultaten vlot te laten doorstromen naar de bedrijfswereld en samenleving, onder meer door het gebruik van Blikopener.
Concrete dossiers
Nu krijgen 17 concrete projecten steun vanwege het kabinet-Crevits. Zo krijgt Vives een enveloppe toegeschoven voor de aankoop van 3D-scaninfrastructuur en het vergroten van de verwerkings- en visualiseringsinfrastructuur binnen het expertisecentrum Smart Technology. Via deze scaninfrastructuur wordt ingezet op de creatie van en het werken met Digital Twins, en dit zowel voor grootschalige digitalisatie (bijvoorbeeld bebouwde omgeving) als kleinschalige digitalisatie (bijvoorbeeld complexe werkstukken). Vives krijgt ook financiële steun voor de uitbouw van een state-of-the-art IoT (Internet of Things)- lab binnen de IoT Incubator. Binnen dit IoT-lab kunnen volledige Internet of Things toepassingen ontwikkeld worden (van idee tot product) waarbij iedere stap in het ontwerp en productieproces van een geconnecteerd toestel kan geanalyseerd, bestudeerd en geoptimaliseerd worden. Hierbij ligt de focus op low-power edge systemen en communicatie met deze elektronische draadloze systemen.
Er is ook geld voor de uitbreiding van het Industrial Design Center met een nieuw Circular Solution Lab. In het lab van Howest zullen de mogelijkheden onderzocht worden om postindustriële reststromen opnieuw in te zetten binnen de industriële productontwikkelingsactiviteiten van bedrijven. Hogeschool West-Vlaanderen krijgt ook hulp bij de aankoop van onder meer een mobiele immersive room. Deze room is gericht op het opzetten van cross-sectorale samenwerkingen binnen de ergotherapie. Via deze infrastructuur kunnen cocreatieve trajecten opgezet worden met alle betrokken partijen (ontwikkelaars en gebruikers) in onderzoek omtrent de ontwikkeling, de implementatie en de effectiviteit van digitale applicaties binnen de ergotherapie.
foto: Joris Hindryckx en Isabel Vanslembrouck (Vives)