Het grote succes van de e-bike zorgt voor een groeiversnelling in de fietsverkoop en daar plukken alle schakels in dit economische circuit de vruchten van. In 2020 werden er in ons land net geen 600.000 nieuwe fietsen aangekocht, een historisch record. De verkoop van fietsen zit stevig in de lift, dus neemt ook het aantal fietsverkooppunten toe.
Het aantal fietswinkels in Vlaanderen piekte in april 2022 met 1.180 uitbatingen op een historisch hoog niveau. Dat zijn er zo maar even 136 meer dan in 2008 (+13%). In vergelijking met 2020 gaat het over 49 extra uitbatingen (+4,3%). Die groeispurt startte in 2017 en zet zich sindsdien in versneld tempo door. Het gros van die fietshandelaars zijn eenmanszaken die zonder personeel werken.
Mekka van de fietswinkels
De provincie Antwerpen telt het grootste aantal fietsspeciaalzaken (315), gevolgd door Oost-Vlaanderen (294) en West-Vlaanderen (265). West-Vlaanderen heeft wel het meeste aantal fietswinkels per 10.000 inwoners (2,18) en scoort zo beter dan het Vlaamse gemiddelde (1,77).
Het aantal West-Vlaamse fietsspeciaalzaken kende al een eerste piek in 2009, met 265 vestigingen. Dat aantal kalfde de daaropvolgende jaren af tot op een dieptepunt van 236 zaken in 2016. Met 265 vestigingen in april 2022, ligt het aantal winkels terug op het niveau van topjaar 2009. De verwachting is dat de opwaartse beweging zich in de komende jaren nog even doorzet.
Een merkwaardig fenomeen doet zich voor in de vijf grootste West-Vlaamse steden: Brugge, Kortrijk, Roeselare, Oostende en Ieper liggen (vooralsnog) achterop in de winkelkoers. Het aantal winkels neemt ook in deze vijf grootste steden toe, maar het recente aantal uitbatingen (72 einde 2021) ligt lager dan het record van 2009, met toen 78 zaken. Het is tevens een status quo in vergelijking met 2018. Deze steden hinken dus achterop op de algemene trend in Vlaanderen en in West-Vlaanderen. De verwachting is wel dat de aanwezigheid van de fietszaken in die vijf steden in de komende jaren wordt opgekrikt, via nieuwe grote inplantingen op de invalswegen.
Brugge is in absolute cijfers met voorsprong de West-Vlaamse fietswinkelkampioen, met 23 winkels (toch 2 minder dan in 2018), gevolgd door Kortrijk (16 vestigingen, 5 minder dan in 2011) en Roeselare (13).
Nieuwe generatie
De sectoranalyse van West-Vlaanderen Werkt heeft ook uitgebreid aandacht voor de productie, assemblage en montage van fietsen. Naast de traditionele familiebedrijven zoals Bonventure uit Hooglede, Achielle uit Pittem of Marcel Kint uit Kortrijk, maken een aantal nieuwe spelers hun opmars. Zij monteren elektrische fietsen onder eigen merknaam en vaak ook vanuit een eigen ontwerp en design, zoals Bizbike uit Kruisem (zie Made in West-Vlaanderen 23/6) en Minerva Cycling uit Ieper. Deze twee spelers zijn de snelst groeiende fietsdistributeurs in ons land.
Een belangrijke vaststelling in het fietsdossier is dat de sector steeds meer in de greep is van een ‘branchevervaging’: fabrikanten en assembleurs transformeren tot invoerder en monteur van fietsen.
Nog dit: de bloei van de fietsbranche krijgt een stevige extra duw aan het zadel vanwege de Vlaamse overheid en de provincies, die samen fors investeren in de uitbouw van een Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk. Met als paradepaardje de realisatie van de fameuze fietssnelwegen. Voor de provincie West-Vlaanderen gaat het over de aanleg van een netwerk van 2.180 kilometer aan afgeschermde fietspaden.