Door de goedgekeurde aanpassing van de federale elektriciteitswet wordt de wettelijke basis gelegd voor een toekomstige korting op de Elia-transmissie nettarieven. Dat kan voor grote industriële stroomverbruikers het verschil maken tussen terug competitiever worden of uit de markt geprijsd worden, stelt Voka. Een jaarlijkse studie van Deloitte in opdracht van Febeliec toont aan dat de elektriciteitsprijzen voor industriële verbruikers in België al jaren beduidend hoger liggen dan in de buurlanden.
Voka was al lange tijd pleitbezorger om in ons land ook zo’n korting in te voeren. Dit betekent een concrete invulling van de energienorm, die tot doel heeft om onze prijzen concurrentieel te houden minstens met de buurlanden. Dit is belangrijk, gezien het aandeel energie-intensieve bedrijven binnen diverse sectoren in onze industrie. Via Koninklijke Besluiten moet de korting nog invulling krijgen. De precieze doelgroep en de hoogte van de compensatie moeten nog worden bepaald. Voka laat weten dat het dit dossier aandachtig zal blijven opvolgen. Maar de wettelijke basis is nu gelegd door het federaal parlement.
Voka is tevreden met deze belangrijke stap. “Het goedgekeurde voorstel om een korting op de transmissie nettarieven te kunnen invoeren, is een deel van de oplossing om de concurrentiepositie van onze energie-intensieve bedrijven te herstellen”, aldus de commentaar van Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van Voka. “We pleiten er al lang voor, het staat in ons verkiezingsmemorandum en is cruciaal voor onze energie-intensieve industrie.”
Nieuw Vlaams omgevingsdecreet
Ook de Vlaamse meerderheid nam tijdens de laatste plenaire zitting van het Vlaams Parlement een belangrijke decretale horde met de hervorming van het omgevingsdecreet. Vergunningen zijn essentieel voor een gunstig investeringsklimaat. Voka dringt al langer aan op eenvoudige, flexibele en meer rechtszekere vergunningsprocedures.
Een van de belangrijkste wijzigingen is de invoering van de modulaire vergunningsprocedure. Hierdoor heeft een initiatiefnemer meer vat op zijn eigen vergunningsaanvraag en kan hij beter inspelen op nieuwe adviezen of inspraakreacties. Tegelijkertijd kunnen onvolledigheden in de aanvraag op elk moment worden opgelost, zonder dat dit het einde van de procedure hoeft te betekenen.
Tenslotte roept het decreet het nieuwe instrument van de omgevingsbesluiten in het leven. Met zo’n omgevingsbesluit kan de overheid tegelijkertijd een bestemmingswijziging én een project goedkeuren. Dankzij dit nieuwe instrument moet niet eerst een ellenlange planprocedure van vier jaar doorlopen worden, waarna pas dan de vergunning kon worden aangevraagd. Alle processtappen vallen samen, met één MER-rapport, één infomoment, één openbaar onderzoek en één finale beslissing.
“Een rechtszekere en vlotte vergunningverlening is een noodzakelijke voorwaarde voor het aantrekken van nieuwe bedrijfsinvesteringen”, besluit Hans Maertens. “De Vlaamse regering heeft lang gewerkt aan deze grondige hervorming. We zijn tevreden dat het eindresultaat op de valreep nog door de plenaire vergadering is goedgekeurd. Dit zal een wezenlijk verschil maken voor de rechtszekerheid in Vlaanderen.”
foto: archief