matthias_diependaele

Voka maakt diepgaande analyse van Matthias Diependaele & Co. ‘Wait and see is de boodschap.’

KORTRIJK - In een breedvoerig en diverse bladzijden tellend memorandum heeft Voka West-Vlaanderen de nieuwe Vlaamse regering gewogen en op het eerste zicht ook voldoende zwaar bevonden. Maar de beloftes moeten nu zo snel mogelijk concreet worden gemaakt, vindt Voka West-Vlaanderen. Positief is alvast dat de minister-president zelf de portefeuille 'industrie' onder zijn hoede neemt. Made in West-Vlaanderen publiceert de diepgaande bevindingen van Voka West-Vlaanderen in primeur.    

Voka West-Vlaanderen stelt bij monde va voorman Bert Mons dat ze de nieuwe Vlaamse regeringsploeg verwelkomt en reikt in naam van de West-Vlaamse ondernemingen de hand om samen te werken aan een welvarend West-Vlaanderen. De regering van minister-president Matthias Diependaele legt juiste accenten, zo vindt Voka: industrie wordt een volwaardige bevoegdheid van de minister-president en de departementen werk en onderwijs komen bij één minister terecht. Voka West-Vlaanderen merkt wel op dat de tekst van het regeerakkoord in de domeinen werk en economie te vaag is en te weinig concrete maatregelen bevat. Bovendien is het nog onduidelijk waar precies zal worden bespaard in deze domeinen.

“We roepen de minister-president en de vakministers op om snel aan het werk te gaan om de algemeenheid van het regeerakkoord om te buigen in concrete beleidsplannen waar ook de nodige middelen tegenover worden geplaatst”, zegt Bert Mons, gedelegeerd bestuurder van Voka West-Vlaanderen. “Het regeerakkoord bevat de juiste aanzetten, maar die zijn te vaag en te algemeen.”

Daarbij wordt verwezen naar domeinen zoals de arbeidsmarkt, ruimte om te ondernemen, infrastructuur en hoger onderwijs, dé prioriteiten voor de regio.

Innovatie en industrie

 De Vlaamse regering erkent in het regeerakkoord het belang van onderzoek & ontwikkeling voor onze kennisgedreven West-Vlaamse economie. Ze maakt extra middelen vrij voor innovatie. De Vlaamse overheid heeft zich tot doel gesteld om het aandeel publieke investeringen in innovatie op te trekken richting 1% van het bbp.

Het groeipad dat nu is uitgetekend, volstaat volgens Voka West-Vlaanderen echter niet om de 1%-norm te halen tegen 2029. “Om onze positie te versterken als innovatieleider zullen we die 1 procent wel nodig hebben om onze speerpuntbedrijven te ondersteunen en de digitale en duurzame transitie te realiseren”, werpt Mons op.

In het regeerakkoord wordt een beleid uitgetekend dat industriële ondernemingen in West-Vlaanderen wil verankeren. Een robuust en rechtszeker vergunningenbeleid speelt in die ambitie een cruciale rol. “De Vlaamse regering erkent dit, maar de concrete hervormingsplannen moeten nog worden uitgewerkt door een expertencommissie”, anlayseert.Bert Mons. “En het huidige stikstofbeleid wordt onverminderd voortgezet in afwachting van een nieuwe aanpak na 2030. Rond waterbeleid zal de Vlaamse regering bij de Europese Commissie een aanpak op maat bepleiten om ook daar een vergunningenstop te vermijden. Het zijn goede plannen die op zeer korte termijn in beslissingen moeten omgezet worden.”

Transitie begeleiden

De industriële transitie wordt aangemoedigd met een nieuw financieringsinstrument gebaseerd op het principe van ‘contracts for difference’. “Ook hier is het nog niet duidelijk wanneer het instrument er komt en hoeveel middelen de nieuwe regering hieraan zal besteden”, vindt Mons. “Voka West-Vlaanderen vindt het belangrijk dat de Vlaamse regering het principe van ‘no goldplating’ herbevestigt en de engagementen voor de indirecte emissiecompensatie, een belangrijke competitiviteitsmaatregel voor energie-intensieve bedrijven, worden verdergezet. Ook is er meer ambitie om vanuit Vlaanderen zwaarder te wegen op de Europese agenda. Dit biedt kansen omdat de nieuwe Europese Commissie van herindustrialisering een topprioriteit maakt.

Voka West-Vlaanderen juicht toe dat de Vlaamse regering een prioriteit maakt van minder administratieve regeldruk. Maar: ook voorgaande regeringen uitten die ambitie, weliswaar zonder het probleem structureel aan te pakken. Voka West-Vlaanderen hoopt dat deze regering op dat vlak meer daadkracht toont en echt een beleid voert om de regulitis voor onze bedrijven aan te pakken.

Arbeidsmarkt, geen prioriteit voor de nieuwe Vlaamse regering?

Vlaanderen mikt op een werkzaamheidsgraad die 80% overstijgt. Daarvoor kijkt het naar een performantere VDAB en het activeren van arbeidsongeschikten om die ambitie waar te maken. Opnieuw stelt Voka vragen: “De vage bewoordingen in het regeerakkoord laten niet toe om te oordelen of die ambitie realistisch is met de voorgestelde maatregelen”; zo luidt het .

In tijden van gigantische arbeidstekorten wordt volgens het regeerakkoord strikt vastgehouden aan het concentrisch model waarbij het eigen potentieel maximaal wordt geactiveerd. Hoe dan ook gaat voor Voka West-Vlaanderen die ambitie om een oplossing te bieden voor de verstikkende arbeidsmarktkrapte waar de regio mee kampt niet ver genoeg.  Voka West-Vlaanderen pleit al lang voor gerichte economische arbeidsmigratie. Vandaag focust men te sterk op hoogopgeleide buitenlandse profielen.  Voor Voka West-Vlaanderen is een bredere aanpak nodig die een antwoord biedt op de concrete noden van de West-Vlaamse arbeidsmarkt. De aangekondigde verkorting van de procedure voor de Single Permit en de invoering van een ‘fast lane’ voor referentiebedrijven zijn dan wel weer belangrijke stappen vooruit.

Op het belangrijke departement werk stelt Voka West-Vlaanderen ook nog besparingen vast, die weliswaar afhankelijk worden gemaakt van hervormingen op het federale niveau. De doelgroepkortingen – loonkostenvermindering voor specifieke groepen kwetsbare werknemers – worden afgebouwd. En ook de Vlaamse jobbonus – die nog maar pas werd ingevoerd in de vorige Vlaamse regering – verdwijnt. Verder zou er ook bespaard worden op het Vlaams Opleidingsverlof.

De budgetten die door deze besparingen vrijkomen, worden evenwel niet ingezet om de arbeidsmarkt dynamischer en toekomstgericht te maken. Dat is een gemiste kans. Voka West-Vlaanderen had minstens een structurele investering in opleiding en levenslang leren verwacht. Een echt opleidingsoffensief blijft uit. Ook de invoering van praktijktesten doet vele ondernemers de wenkbrauwen fronsen. Voka West-Vlaanderen kan op vlak van arbeidsmarkt niets anders dan concluderen dat de nijpende situatie in West-Vlaanderen niet doorgedrongen is en het regeerakkoord nog uitblinkt in vaagheid en oude recepten. Het ambitieniveau moet omhoog, zeker als Vlaanderen zich wil vergelijken met Europese topregio’s. Hopelijk vertaalt die ambitie zich wel in de beleidsnota’s en op het terrein.

Ruimte om te ondernemen

De nieuwe Vlaamse regering heeft in het regeerakkoord aandacht voor ruimte om te ondernemen. Alleen hanteert ze daarvoor oude recepten, vindt Voka. Recepten die tot op heden ruim onvoldoende bleken om het tekort aan ruimte om te ondernemen in West-Vlaanderen weg te werken.

Zo kwamen het activeren en herbenutten van bestaande terreinen en het ontwikkelen van brown- en blackfields eerder al in het regeerakkoord van 2019 aan bod. “Ondanks het feit dat dit belangrijke hefbomen zijn om meer ruimte voor bedrijvigheid te creëren, weten we dat enkel en alleen inzetten op het activeren en het beter benutten van bestaande bedrijventerreinen onvoldoende zal zijn om de ruimtevragen van ondernemingen in West-Vlaanderen op te lossen”, zegt Bert Mons resoluut. “In onze provincie hebben we sinds 2017 nood aan meer dan 430 hectare aan nieuwe bedrijventerreinen (greenfields) om aan de vele ruimtevragen te kunnen voldoen en om zogeheten ‘schuifruimte’ te creëren. Deze schuifruimte, die wordt gerealiseerd op nieuw bestemde bedrijven- en industrieterreinen (greenfields), is nodig om op bestaande bedrijventerreinen ruimte vrij te kunnen maken zodat ruimte er efficiënter en optimaler kan worden benut. Wanneer in 2019 het uitwerken van een proactief en toekomstgericht aanbod een absolute prioriteit bleek te zijn, lijkt dit nu eerder van secundair belang. Nochtans is het uitbouwen van een strategische reserve aan bedrijventerreinen een absolute noodzaak, met het oog op de aankomende bouwshift van 2040. Het wordt uiterst dringend dat de nieuwe Vlaamse regering de bestaande tekorten erkent en de nodige planprocessen opstart.”

Investeren in een multimodaal West-Vlaanderen

Het lijstje van broodnodige infrastructuurwerken in West-Vlaanderen groeide de afgelopen jaren fors aan. Voka West-Vlaanderen is reeds jaar en dag pleitbezorger om meer middelen vrij te maken voor Mobiliteit en Openbare Werken in onze provincie.

Bert Mons ziet het zo: “Het goede nieuws is dat de nieuwe zeesluis in Zeebrugge een prioriteit blijft. Daarnaast maakt de nieuwe Vlaamse regering werk van een derde rijstrook voor de E403 tussen Roeselare en Brugge in beide richtingen. Ook in de waterinfrastructuur zal de Vlaamse regering investeren met de opwaardering van het Kanaal Roeselare-Leie als hefboomproject. West-Vlaanderen telt twee regionale luchthavens, waar de Vlaamse regering ook de nodige aandacht voor lijkt te hebben. Ze gaat op zoek naar een verhaal waarbij de regionale luchthavens naast en samen met de luchthaven van Zaventem complementair werken. Het uitbouwen van een digitale verkeerstoren is hierbij een belangrijke stap.”

Voka West-Vlaanderen hoopt dat het niet bij deze dossiers blijft. Er zijn nog tal van andere werven die dringend aangepakt moeten worden. Voka verwijst naar onder andere de N8 Ieper-Westkust, de omleidingsweg in Adinkerke, de zuidwestelijke ontsluiting van Tielt, de R8 en het K-R8 project in Kortrijk, de nieuwe ringweg in Oostende en de N49 tussen Knokke en Zelzate. Allemaal dossiers die voor een vlottere mobiliteit over de weg moeten zorgen. In het regeerakkoord mist de ondernemersorganisatie ook een aantal grote waterinfrastructuurdossiers zoals het Complex Project Kanaal Bossuit-Kortrijk en de nieuwe Steenbruggebrug en een grotere Dampoortsluis in Brugge.

Naar een kwalitatiever en excellenter onderwijs

Het Vlaams regeerakkoord 2024-2029 legt enkele belangrijke prioriteiten vast voor het onderwijs. De Vlaamse regering engageert zich om te streven naar excellentie om de welvaart te garanderen, wat broodnodig is om toekomstige uitdagingen het hoofd te kunnen bieden.

Voka West-Vlaanderen ervaart het als positief dat er extra aandacht voor het Nederlands komt en dat er voor het eerst ook in het kleuteronderwijs minimumdoelen voor Nederlands geïntroduceerd worden. De vraag van Voka om de Talentcenters in Vlaanderen structureel te verankeren wordt ingewilligd waardoor voortaan maximaal wordt ingezet op een objectief studiekeuzeadvies voor kinderen tussen 12 en 14 jaar.

“Net zoals Limburg is ook West-Vlaanderen al lang vragende partij om het aanbod academische opleidingen in de regio uit te breiden”, besluit Bert Mons zijn betoog en analyse. “Voka West-Vlaanderen is blij dat de nieuwe Vlaamse regering voortaan de focus wil leggen op een betere territoriale spreiding van en wil inzetten op een rationeel en geactualiseerd studieaanbod.  In ons  memorandum pleitten we voor de uitbouw van volwaardige economische en technologische opleidingen en de versterking van de bestaande economische faculteit in West-Vlaanderen. Dit omvat de ontwikkeling van nieuwe masteropleidingen die aansluiten bij de noden van de West-Vlaamse arbeidsmarkt. Voka West-Vlaanderen zal hierover al in de komende dagen in dialoog gaan met de betrokken kennisinstellingen en de bevoegde minister.”