Eerst werd de balans opgemaakt van het coronajaar. Volgens Bart Vansevenant van Voka West-Vlaanderen mag de schade voor de West-Vlaamse economie geraamd worden op zo’n 4 miljard. De totale terugval in economische activiteit zal uiteindelijk uitkomen in de buurt van 7%. “Dat is minder erg dan we in het voorjaar vreesden, maar blijft niettemin het slechtste resultaat sinds de Tweede Wereldoorlog”, aldus voorzitter Philippe De Veyt. “Het virus onder controle krijgen is en blijft voor de hele economie absoluut cruciaal. Zolang dit niet gebeurt, zal de economische schade blijven toenemen. Massaal overheidsingrijpen heeft er tot nog toe voor gezorgd dat de economische schade binnen de perken bleef. Steunmaatregelen zorgden er bovendien voor dat gezinnen en bedrijven de crisis niet al te gehavend door raakten. Daarnaast zijn ook de directe maatregelen in de strijd tegen het virus cruciaal. Het grote verschil in economische impact tussen de eerste en de tweede lockdown geeft aan dat ook die maatregelen verstandig aangepakt moeten worden. In de beheersing van het virus en de relance zal de overheid dus een cruciale rol moeten blijven spelen. Als we het virus onder controle krijgen, zal het vertrouwen terugkeren en kan het extra sparen zorgen voor een krachtig herstel van de gezinsbestedingen. De heropleving in de zomermaanden van dit jaar illustreert al dat er op dat vlak heel wat mogelijk is. Een volledig herstel zit er niet meteen in. Ook als het herstel ingezet wordt, zullen de naweeën van deze crisis nog lang voelbaar zijn. De terugval van de bedrijfsinvesteringen, de schade op de arbeidsmarkt en de impact op de overheidsfinanciën zullen nog lang nazinderen. De beste manier om die schade te verwerken, is via een relanceplan gericht op sterkere economische groei.”
Uitdagingen voor West-Vlaanderen
Bert Mons benadrukte dat groei dit jaar meer dan ooit aan de orde is. Om die duurzame groei waar te maken, moet er ingezet worden op drie domeinen die in de toekomst enkel aan belang zullen winnen. Ten eerste een duurzamere samenleving via circulaire economie en een groenere basisinfrastructuur. Daarnaast meer aandacht voor gezondheid en welzijn door meer in te zetten op preventie, data gestuurde en efficiënte zorg. Ten slotte, een digitale maatschappij met meer aandacht voor digitale technologie in het onderwijs, de inzet op industrie 4.0 en een gedigitaliseerde overheid.
Concreet wil Voka dat er voldoende aandacht is voor een aantal cruciale dossiers, om zo de economie weer op de rails te krijgen. Zoals daar zijn: een grotere activiteitsgraad op de arbeidsmarkt, aandacht voor speerpuntsectoren en voor de maakindustrie, focus op de blauwe economie, zorgen voor een beperkte schade van de Brexit.
Per regio werd nog dieper ingegaan op de desiderata en die oplijsting was best breedvoerig. De rode draden door alle wensen voor 2021 heten onveranderlijk: nood aan ruimte om te ondernemen en aandacht voor optimalisering van de infrastructuur, groot en klein.