Streekfonds Jan_Jos_20Jaar

Streekfonds West-Vlaanderen viert twee decennia sociaal ondernemerschap van de bovenste plank

BRUGGE - Met een feestavond in het Brugse beursgebouw BMCC vierde het Streekfonds West-Vlaanderen haar 20-jarig bestaan. Wat ontstond in de nasleep van de spijtige sluiting van de Levis-fabriek in Gits, groeide doorheen de jaren uit tot een gerespecteerde organisatie die initiatiefnemers en steuners van menslievende projecten bij elkaar brengt. ¨We zijn dankbaar voor zoveel maatschappelijk engagement in onze provincie¨, zo stelt boegbeeld Jan Despiegelaere die sinds 2004 actief is als coördinator van het Streekfonds.

Het Streekfonds West-Vlaanderen werd actief In 2002. Enkele jaren voordien besloot kledinggigant Levis zijn fabriek in Gits te sluiten. Na het afronden van de wettelijke formaliteiten wilde de fabrikant zijn parcours in onze provincie in schoonheid afsluiten. Het deed dat door, uiteindelijk in 2001, 700.000 dollar (omgerekend zowat 550.000 euro) ter beschikking te stellen van projecten die de verdere ontwikkeling van de regio ten goede kwamen.
Onder impuls van de Koning Boudewijnstichting werd vervolgens het Streekfonds West-Vlaanderen opgericht dat zou instaan voor het beheer van de vrijgekomen middelen. ¨Het was dankzij de belangeloze inzet van een aantal sterke figuren uit onze provincie dat we erin slaagden vrij snel een mooie reputatie uit te bouwen”, zei Jan Despiegelaere. “Ik denk dan bijvoorbeeld aan onze eerste voorzitter Jean Van Marcke en toenmalig provinciegouverneur Paul Breyne die beiden hun schouders zetten onder het project en andere filantropische ondernemers mee
aan boord haalden.¨

Inzet als drijfveer

Het Streekfonds vormt zoveel mogelijk de brug tussen wie initiatieven wil opzetten en wie ze wil ondersteunen, met financiële middelen maar dat kan ook zijn door ervaring in de weegschaal te werpen. Het fonds ondersteunde in de loop der jaren alle menslievende projecten in onze provincie, maar doorheen de jaren ontwikkelde het ook een bijzondere focus op kanszoekende kinderen en jongeren. “Want onderwijs- en ontwikkelingsmogelijkheden die voor velen onder ons evident zijn, zijn dat niet voor nog te veel West-Vlaamse kinderen en jongeren¨, aldus nog Despiegelaere.
Als Jan gevraagd wordt naar de mijlpalen in de historiek van het Streekfonds, somt hij er enkele op. ¨We konden een sterke start nemen met De Grote Onderscheiding, een award waarbij sociale organisaties bedrijven nomineerden voor hun inzet”, zegt Jan Despiegelaere. “Met het Hart voor West-Vlaanderen konden we dankzij de onvoorwaardelijke steun van Roularta sociaal engagement tot in de huiskamer brengen. Er was MyMachine, in samenwerking met Leiedal en Howest, een van onze eerste projecten die weg gingen van de sfeer van pure liefdadigheid en het signaal gaf dat we echt wilden investeren in jongeren. Er waren Fonds Lisa en de Muziekbank waarbij het Streekfonds optrad als facilitator van andere initiatiefnemers als bijvoorbeeld serviceclubs. Recent Recent kwam daar ook het Fonds Strandschelp bij waarbij het Streekfonds nu ook de beheerder werd van een aantal lokale fondsen van de Koning Boudewijnstichting. Wat we ook aanpakten, alles staat en valt altijd met samenwerkingen tussen mensen. Als mensen elkaar vinden, is veel mogelijk.¨

Nieuwe ambities

Bij een jubileumviering horen ook nieuwe ambities. Voorzitter Jos Claeys, CEO van de Belgian Pork Group/Westvlees, wil actief werk maken
van een lange termijn strategie voor het Streekfonds. ¨We willen op onze eigen no nonsense manier de handen blijven uit de mouwen steken,
maar er tegelijk ook voor zorgen dat er ook binnen 20 jaar nog een fonds is in onze provincie dat met veel gezond verstand actuele problemen kan aanpakken”, aldus Claeys. “Wat mij betreft blijft het stimuleren van onderwijskansen een heel belangrijke, maar we kunnen niet in een glazen bol kijken. Eigenlijk moeten we ervoor zorgen dat het Streekfonds overbodig wordt, want dat zou betekenen dat er geen maatschappelijke problemen meer zijn. Ik vrees dat dit nog niet voor morgen is, maar op het engagement van mezelf en zoveel andere West-Vlamingen kan de provincie blijven rekenen.¨