De voorbije dagen werden we geconfronteerd met een eruptie van ontevredenheid, woede en radeloosheid van onze landbouwers. Dat uit zich dezer dagen in felle manifestaties en wegblokkades met emotionele getuigenissen van boeren en boerinnen die zich verweesd voelen in onze welvarende maatschappij. Wat is er aan de hand?
“Het EU landbouwbeleid, dat vorm kreeg in de tweede helft van de vorige eeuw, is geëvolueerd van inkomenssteun voor de boeren naar een vergoeding voor het respecteren van randvoorwaarden die aan de landbouw worden opgelegd”, aldus expert par excellence Piet Vanthemsche. “Die randvoorwaarden gaan niet over de landbouw zelf, maar over leefmilieu, biodiversiteit, waterkwaliteit, klimaatbeleid. Die randvoorwaarden resulteren in ontelbare regels en regeltjes die door de boer moeten gerespecteerd worden, op straffe van verlies van subsidies. De overheid doet bij wijze van spreken aan een soort micromanagement op het landbouwbedrijf zelf, wat heel wat stress veroorzaakt bij de boeren en het ondernemerschap fnuikt. Bovendien hanteert de EU dikwijls strengere normen dan elders in de wereld. Dat geldt voor dierenwelzijn, het gebruik van kunstmest, bestrijdingsmiddelen, antibiotica, GGO’s … de lijst is eindeloos. Op zich valt daar iets voor te zeggen, ware het niet dat de EU minder streng is voor geïmporteerde producten en op die manier het gelijk speelveld voor onze landbouwers wegneemt.”
Druk op grond en water
Een basisvoorwaarde voor landbouwproductie is de toegang tot grond en water. “In het dichtbevolkte, geïndustrialiseerde Vlaanderen staat het landbouwareaal voortdurend onder druk, niet in het minst van natuur en biodiversiteit, maar ook van industrie en recreatie”, dixit Vanthemsche. “Bovendien is landbouwgrond mede door speculatieve aankopen erg duur geworden. Daar waar grond met natuurbestemmingen heel strikt beschermd zijn, is dat niet het geval voor landbouwgronden. Die zijn zowat vogelvrij. Iedereen, u en ik, kan landbouwgrond kopen en die gebruiken voor niet-landbouwdoeleinden (recreatie, verpaarding, vertuining, natuurontwikkeling, …). Ook de toegang tot (grond-) water komt in sommige regio’s de voorbije jaren sterk onder druk.
Toenemende ondraaglijke druk
Landbouwbedrijven worden steeds groter en kapitaalsintensiever, terwijl de weer- en marktrisico’s en de onzekerheid voor onze boeren hand over hand toenemen. “De rechtsonzekerheid neemt voor onze boeren dramatische proporties aan”, vindt Vanthemsche. “Zowat elke vergunning wordt door milieuverenigingen, actiegroepen en andere Dryades van deze wereld aangevochten bij milieurechtbanken, vergunningen worden dikwijls beperkt in de tijd en dat terwijl de boer investeert voor een generatie. Ook de overheid worstelt daarmee, getuige daarvan de erg moeizame besluitvorming over het stikstofbeleid. In mijn gesprekken met landbouwfamilies in het Turnhouts Vennengebied heb ik kunnen vaststellen welke bijna ondraaglijke druk dat legt op landbouwgezinnen. Het stikstofbeleid zal de schaalvergroting en de kapitaalsbehoefte trouwens doen toenemen. Veehouders hebben twee opties: het aantal dieren afbouwen of investeren in dure mitigerende technieken. Voor kleinere bedrijven zijn beide geen optie. Minder dieren betekent onvoldoende inkomen, voor de dure investeringen ontberen zij het nodige kapitaal.”
Opgejaagd wild
Ook de marktwerking speelt in het nadeel van de boer. “Bij de vermarkting van zijn producten speelt de wet van vraag en aanbod genadeloos, wat resulteert in erg volatiele prijzen”, aldus Vanthemsche. “In slechte jaren hebben veel landbouwers gewoon geen of een negatief inkomen. Prijsafspraken en risicodeling op ketenniveau zouden daar een antwoord kunnen op bieden, maar de mededingingswet zet daar een serieuze rem op.”
De maatschappelijke positie van onze landbouwers staat onder druk, en dat is eerder een understatement. “Ondanks de intuïtieve sympathie van de maatschappij, die een overigens een compleet verkeerd beeld heeft van de sector (kleinschalig, korte keten, …), voelt de boer zich opgejaagd wild”, besluit Piet Vanthemsche. “Eigen voedselproductie is nochtans een belangrijke strategische asset voor onze regio en vormt bovendien de sokkel voor een bloeiende agro-industrie die met onze landbouw wereldtop is en veel welvaart en jobs creëert. We zouden de landbouwsector moeten omarmen. Om het in voetbaltermen uit te drukken: You’ll never walk alone. Maar de boer, he walks alone. Geef toe, je zou voor minder boos worden.”