Luc Tack (CEO) toonde zich voor de verzamelde Belgische pers terecht trots over zijn nieuwste paradepaardjes, het resultaat van verregaande O&O-inspanningen. “We zullen altijd blijven investeren, optimaliseren en innoveren in de toekomst van ons bedrijf “, aldus Tack. “Onze innovatie laat zich makkelijk meten aan de hand van het aantal ingediende patentaanvragen en de behaalde goedkeuringen. We maken ons dan ook geen zorgen om de grote buitenlandse belangstelling of spionage op onze stand. We zijn er gerust in, want het bewijst nog maar eens dat we koploper zijn op het gebied van nieuwigheden.”
Eyecatcher
Die belangstelling was op zijn zachtst uitgedrukt erg voelbaar. De talrijke bezoekers op de stand kropen net niet in de machines, om het zomaar eens uit te drukken.
Blikvanger op de Picanol-stand werd de wereldpremière en lancering van een geheel nieuwe en revolutionaire grijperweefmachine: de Ultimax. Die zal beschikbaar zijn vanaf het eerste kwartaal van 2024. In totaliteit stelde de Picanol 12 machines tentoon. Naast 6 grijperweefmachines stelde Picanol ook nog eens 4 luchtweefmachines voor met nieuwe ontwikkelingen. Verder waren er nog 2 machines te bezichtigen op 2 standen bij partners van het bedrijf. Op de Bonas-stand stond een grijpermachine in Jacquard-uitvoering, en op de Stäubli-stand een luchtstraalmachine, eveneens in Jacquard-uitvoering. Bovendien situeert de vernieuwing zich niet enkel aan de binnenkant. Het klassieke Picanol-exterieur design van de machine werd radicaal verstoord, om van buitenaf duidelijk te maken hoe revolutionair Ultimax van binnen is.
“De Ultimax is de eerste grijper die voor de volle 100% kan draaien op volledig gerecycleerde garens, en zoiets klinkt simpeler dan het effectief is om te vertalen naar de realiteit”, aldus Tack. “Gerecycleerde garens zijn vaak fragieler in de verwerking en productie en moeten daardoor ook op een andere manier gegrepen worden. In het afgewerkte product merk je geen kwaliteitsverlies maar de handeling vraagt een veel secuurder proces. Tegelijkertijd willen de klanten uiteraard niet inboeten aan productiesnelheid.”
Vrucht van veel huiswerk
Luc Tack benadrukt het graag: als Picanol, zoals met de Ultimax, het verschil weet te maken, dan is dat geen toeval. “De implementatie van al deze zaken werd mogelijk dankzij onze unieke en uitgebreide inhouse kennis”, zei Luc Tack in Milaan. “Zo implementeerden onze technici maar liefs 60 extra sensoren die de snelheid kunnen opdrijven tot 1.500 inslagen per minuut. Dankzij de SUMO-motor zijn de machines ook in staat om beter te koelen wat finaal resulteert in minder verbruik. Tenslotte zijn er de datatracking systemen die precies gefinetuned werden. Recyclage, snelheid, verbruik en datatracking: het zijn die vier factoren die het verschil maken en uiteindelijk ook min of meer samenvallen onder de noemer duurzaamheid, ofte total cost of ownership om het in textiel terminologie uit te drukken.”
Door op deze elementen maximaal in te zetten, geeft de CEO mee dat de waarde propositie van Picanol ten opzichte van de concurrentie gemiddeld zo’n 15% hoger ligt, en geen 10%. “We moeten de lat voor onszelf steeds hoger blijven leggen, we zijn het als familiebedrijf verplicht dit na te streven voor de volgende generaties”, aldus nog de immer ambitieuze Luc Tack. “Daarom willen we de capaciteit van ons R&D-team in de toekomst nog optrekken van 70 naar 100 personeelsleden. De grootste uitdaging wordt het vinden van de juiste profielen om onze doelstellingen te blijven realiseren.”
Slotsom: ondanks de complexe wereldeconomie blijft Picanol na een succesvolle ITMA-editie en een gezonde dosis realisme geloven in de toekomst.
(Michaël Cambien)