In de haven van Oostende vond de tweede editie van de Belgian Offshore Days plaats. Het evenement, dat kadert in de verdere ontwikkeling van de offshore windmolenparken op zee, mag een succes genoemd worden, aldus de initiatiefnemers. Christophe Dhaene, voorzitter van de Belgian Offshore Cluster die de beurs organiseert, geeft meer uitleg. “We zijn heel tevreden met de opkomst en het enthousiasme van de Belgische bedrijven actief in de windenergie sector,” aldus Dhaene. “We hebben deze editie hard gewerkt om de grootte van de beurs te verdubbelen en dat succes werd ook weerspiegeld in het aantal bezoekers. Zo’n 250 mensen uit binnen-en buitenland bezochten de beurs en met twintig deelnemende bedrijven hebben we het maximaal aantal plaatsen opgevuld. We hopen dan ook dat we de volgende edities verder kunnen blijven groeien.”
Met de ondertekening van het contract tussen Rentel en Siemens kon de beurs ook rekenen op een primeur. Siemens werd door Rentel gekozen als leverancier voor de 42 windturbines in het nog te bouwen windmolenpark voor de kust. De 42 turbines zullen samen instaan voor een piekvermogen van 300 MW en zullen op die manier meer dan 280,000 huishoudens van groene stroom kunnen voorzien. De bouw van het nieuwe windmolenpark start in mei 2017 en de afwerking ervan is voorzien voor eind 2018. De ondertekening van het contract is een mooi voorbeeld van de groei die de Belgische windindustrie de laatste jaren heeft meegemaakt. De kennis die bij de Belgische bedrijven aanwezig is, wordt zowel in binnen-als buitenland hoog gewaardeerd en de mogelijkheden voor verdere groei zijn een grote opsteker voor de Belgische bedrijven.
Iemand die de ontwikkelingen van in het begin heeft meegemaakt is politicus Johan Vandelanotte. In zijn inleiding op de Belgian Offshore Days benadrukte hij dan ook het belang van de Belgische offshore industrie voor de lokale economie en de haven van Oostende. “Met onze goede ligging zijn we momenteel de belangrijkste haven voor de Belgische Offshore industrie. Daarbij gaat het niet alleen om de bouw van de windmolenparken maar ook over het onderhoud. Alle onderhoud van de Belgische parken gebeurt vanuit de haven van Oostende waardoor er zich ook hier steeds meer toeleveranciers komen vestigen.” Ook de West-Vlaams gedeputeerde Jean de Bethune blikte tevreden terug op de evolutie die de sector de laatste jaren heeft meegemaakt. “Na een bloeiende start met de bouw van het eerste windmolenpark op zee door C-Power stelden zich enkele uitdagingen met de bouw van de nieuwe Stevin-verbinding,” aldus de Bethune. “Nu deze hoogspanningslijn er komt, is ook de toekomst van de vier nieuwe windmolenparken op zee een zekerheid.” (KC)
