Het windmolenpark voor de kust van Duinkerke dreigt een aantal fundamentele Belgische belangen aan te tasten, zo zei Paul Van Tigchelt klaar en duidelijk als antwoord op een parlementaire vraag. De minister van de Noordzee was ook vrij concreet om die belangen te omschrijven. Hij heeft het over de vrijheid én veiligheid van de scheepvaart, veiligheid van het luchtverkeer, de redding op zee, het mogelijk milieu-impact op (West-) Vlaamse wateren en last but not least op het zeezicht van de kustbewoners aan de Westkust.
De Franse Raad van State heeft de voorbije zomer (juli 2023) vastgesteld dat de echte consultatie met de buurlanden nog moet gebeuren. Dat zou het geval moeten zijn tijdens de zogenaamde enquête publique die de komende maanden (vanaf begin 2024) moet plaatsvinden. Paul Van Tigchelt liet nog weten dat België en de bevoegde Vlaamse departementen wensen betrokken te worden bij deze enquête publique. Veel, zo niet alles, zal nu afhangen van deze publieke consultatie. Van Tigchelt laat nog verstaan dat hij zich in dit dossier ook voluit wil engageren om de belangen van deze zijde van de grens te helpen vrijwaren.
Spectaculair plan
De plannen voor de bouw van een windmolenpark pal op de grens met West-Vlaanderen en 10 kilometer diep in zee ogen spectaculair. Het gaat om een site die 46 gigantische (hoger dan de Eifeltoren) windmolens moet bevatten en 600 MW groene kilowatts moet leveren voor zowat 1 miljoen burgers.
Volgens plan nemen de werken een aanvang in 2026 en moet het park opgeleverd worden tegen 2028. Bouwheren zijn EMD (Eoliennes en Mer de Dunkerque), het van origine Amerikaanse Enbridge en RTE (Réseau de Transport d’Electricité)