Praet 23

Ondernemer Antoon Praet maakt balans op van zijn landbouwbedrijf in Oekraïne één jaar na begin van de oorlog

BRUGGE - Het is een bijzonder trieste verjaardag die deze week wordt herdacht: één jaar oorlog tussen Oekraïne en Rusland. Aan de in West-Vlaanderen wonende dynamische ondernemer Antoon Praet hoef je het niet te vertellen. Hij investeerde jaren terug in een landbouwbedrijf in het westen van Oekraïne. Een jaar na het begin van de vijandigheden op het terrein,  maakt hij de balans op, zoals hij recent ook deed op de bühne bij de Belgian-Ukrainian Business Club (Antoon Praet, links op de foto).  

De sinds 1985 in Brugge wonende Vlaamse ondernemer Antoon Praet heeft een 2.000 hectare groot akkerbouwbedrijf in het Oekraïnse Polonne, zo’n 230 kilometer ten westen van Kiev. Hij investeerde er met zijn Belgische holdingvennootschap Ukraina Agri Fund. Net voor de oorlog uitbrak, stond hij op het punt om voor de zoveelste maal een Lufthansa-vlucht te nemen naar Kiev, maar gezien de dreiging, annuleerde hij ter elfder ure zijn vlucht en volgt hij de zaken nu veilig en wel op vanuit Brugge.

Vandaag rekent Antoon Praet zichzelf nog bij de gelukkigen, ook al is hij al een jaar niet meer op zijn terrein kunnen verschijnen. Hij hoopt binnenkort toch te kunnen afreizen. “Op de boerderij hebben we weinig echte hinder ondervonden van de oorlog”, vertelt hij over zijn eigen zaken. “Af en toe is er wel luchtalarm, maar meestal gaat het over raketten en drones die overvliegen richting het Westen (Lviv, Lutsk,… ). In het stadje waar ons bedrijf is gevestigd ( Polonne ) is er slechts 1 aanval geweest op de elektrische verdeelpost van de spoorweg, die gelukkig enkele kilometers van het centrum is gelegen. In Shepetivka (waar ik de erwten-fabriek heb) zijn er meerdere aanvallen gebeurd. Ook daar werd belangrijke spoorweginfrastructuur op de lijn naar Kiev geraakt. Er is ook een kazerne, en recent hebben ze nog een elektriciteitspost gebombardeerd. Maar alles bijeen mag ik bevestigen dat het leven in mijn regio en ver weg van het front relatief normaal verloopt, al is er dan wel sprake van een avondklok.”

Moedige mensen, moeilijke context

Antoon Praet is middels zijn contacten sterk onder de indruk gekomen van de weerbaarheid van de lokale bevolking. Mijn medewerkers herhalen het vaak: “Life goes on en ook we will never give up.”

“Het is en blijft een barbaarse oorlog”, zegt de ondernemer. “Maar de mensen zelf zijn strijdvaardig en dapper, ook al is het moeilijk werken de oorlogscontext. De logistieke aanvoer is bepaald niet eenvoudig. Alles wat we kopen is héél duur (en niet altijd beschikbaar): zaaigoed, diesel, herbicides, maar vooral meststoffen zijn problematisch. Alles wat we verkopen is dan weer zéér goedkoop. We krijgen lage prijzen door de (gedeeltelijke) blokkade van de exporthavens, zodat de logistieke kost verdubbeld is. En dan hebben we het nog niet over de devaluatie van de munt (25 procent) en de onmogelijkheid om iets te financieren.”

Praet trekt zich in deze fase op aan het feit dat de agrosector (net als de IT-sector) in Oekraïne nog altijd beschouwd wordt als prioritair en cruciaal voor het overleven van het land. “Daardoor hopen we nu normaal te kunnen inzaaien in maart en april”, zegt Praet. “En we denken zelfs dat enkele leveranciers ons het nodige krediet zullen geven. Maar de zomeroogst (vanaf 23 juli) blijft nu nog een groot vraagteken.”