“Mijn eerste bevinding? Deze sector heeft bijzonder mooie bedrijven, pakt uit met unieke producten en loopt qua innovatie aan de top van de wereld”, aldus Karla Basselier bij haar eerste bezoek aan Domotex in Hannover. “Maar waar de sector ook dringend nood aan heeft, is aan mensen en die mensen met interesse voor de textielsector, kan je op de lange termijn alleen maar vinden door te blijven investeren in kwalitatief onderwijs. In Gent is er nog een opleiding en ook in Kortrijk, maar that’s it. Fedustria wil er alles aan doen om net daaraan te verhelpen en zo de toekomst van de sector te helpen veilig stellen.”
Actieplan Jongeren
Net daarom wil ze in het voorjaar uitpakken met een nieuw en concreet ‘Actieplan Jongeren‘. Basselier legt er momenteel de laatste hand aan, in overleg met anderen. In dat ‘businessplan’ zullen twee thema’s centraal staan. Eén: het imago van de sector bij de jongeren opvijzelen. “Want dat is allesbehalve een oubollige sector”, aldus Basselier. “Alleen weten jongeren dat te weinig. We willen ze dus wakker schudden. Ik bezoek quasi elke dag een of ander bedrijf en geloof me vrij: ik sta versteld van wat ik te zien krijg. Om maar enkele voorbeelden te geven. Bij Maes in Zwevegem wordt matrastijk gemaakt van wereldniveau, waar zelfs prinsen en prinsessen op slapen. Of in Wervik mag Aunde toeleveren aan de grote namen uit de autosector waaronder de bekende Franse PSA Group. Of Masureel maakt de binnenbekleding voor de handtassen van Louis Vuitton. Alleen weet niemand dat. Hoog tijd dus om met dit soort van verhalen uit te pakken.”
In het Actieplan Jongeren zal er, punt twee, ook veel focus komen te liggen op de dialoog met de hele onderwijswereld, met de bedoeling het belang van opleiding richting technische profielen onder de aandacht te brengen. “Want de sector heeft dringend nood aan textielingenieurs of aan andere profielen”, dixit Karla Basselier. “Samen met de onderwijswereld willen we jonge mensen enthousiasmeren voor onze sector. Duaal leren kan een rol spelen, maar eerlijk is eerlijk: het systeem is, zo zeggen de bedrijven mij, voor verbetering vatbaar.”
Behoud concurrentiekracht
Over de polsslag van de sector is Basselier, na haar inloopperiode van goed zes maanden, ook erg duidelijk. “De onzekerheid bij de bedrijven regeert nog altijd”, aldus Karla Basselier. “Normaal ook als je ziet wat er bijvoorbeeld gebeurd is met de energieprijzen of met de energiepolitiek (al dan niet kernenergie) . In vergelijking met landen als China, Turkije of de VS, ligt de kost om te ondernemen bij ons zoveel hoger. Dat tast logischerwijs de concurrentiekracht aan. Ik weet dat er een Vlaams steunmechanisme (Temporary Crisis Framework) is met steun van de EU, om bedrijven in deze energiecrisis te helpen. Maar. Die enveloppe bedraagt rond de 250 miljoen euro, en in de praktijk is daar nog maar amper 3,2 miljoen euro van opgevraagd en opgebruikt door 107 bedrijven. Zelfs de Vlaamse minister van Economie, Jo Brouns, is bereid om te kijken hoe de toetredingsvoorwaarden soepeler moeten.”
Fedustria heeft in dat kader een open brief geschreven aan de heren politici, om de zaak ten gronde aan te kaarten, nu blijkt dat de maatregel zijn doel voorbijschiet door de te strenge toepassingsvoorwaarden. Ook andere sector organisaties (Agoria, Voka, Fevia, essenscia) hebben al een soortgelijke oproep gericht aan de politiek. “Het is positief dat Vlaanderen werk gemaakt heeft van een steunkader, maar nu blijkt dat er slechts weinig bedrijven hierop een beroep doen, is het tijd om bij te sturen”, besluit Basselier. “Voor onze bedrijven is het belangrijk dat de steun zo nauw mogelijk aansluit bij zowel het Europese steunkader als bij de noden van industriële bedrijven die het meest lijden onder de energiecrisis.”
foto: Filip De Jaeger, Karla Basselier en Daphne Renier (Fedustria)
