IEPER – Sommige zaken houd je niet voor mogelijk en toch bestaat het. Justitie heeft bijna achttien jaar na de faling van L&H nog altijd het dossier niet weten af te ronden. Noem het gerust de ultieme hallucinatie. De burgerlijke afhandeling van de fraudezaak rond Lernout & Hauspie (L&H), waarbij nog de omvang van de schadevergoedingen moet bepaald worden, gaat pas verder op 8 maart 2019. Dat heeft het Gentse Hof van Beroep beslist.
Het spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie ging 17 jaar geleden failliet, nadat het sinds de zomer van 2000 in vrije val was door een fraudeschandaal na berichtgeving over onregelmatigheden in de boekhouding. Het hof van beroep in Gent legde op 20 september 2010 de straffen op in de fraudezaak rond L&H en veroordeelde oprichters Jo Lernout en Pol Hauspie tot elk vijf jaar cel, waarvan twee jaar met uitstel.
Het hof van beroep kon pas in 2014, na procedures voor het Hof van Cassatie, overgaan tot de afhandeling van de burgerlijke vorderingen in de zaak. Meer dan 15.000 burgerlijke partijen maken nog aanspraak op een schadevergoeding, waarvan 2.733 gedupeerden zonder advocaat. De burgerlijke partijen hoopten vooral op een veroordeling van bedrijfsrevisor KPMG, die in tegenstelling tot andere beklaagden wel over voldoende financiële middelen zou beschikken. Het Gentse hof van beroep oordeelde echter dat KPMG geen schadevergoedingen moest betalen.
Alleen zes vroegere bestuurders, onder wie Jo Lernout en Pol Hauspie, komen zogenaamd wel in aanmerking voor het betalen van een schadevergoeding. Het Hof stelde de afhandeling van de schadevergoedingen nu uit naar 8 maart 2019. Tegen het eindarrest van het Gentse Hof van Beroep, dat eind 2019 verwacht, is nog cassatieberoep mogelijk. Met andere woorden: de juridische calvarietocht kan nog jaren op zich laten wachten. Begrijpe wie begrijpen kan.