IEPER – Biscuiterie Jules Destrooper wil fors investeren in zijn bakkerij in Ieper. Zo wordt de komende maanden ruim 4 miljoen euro boven gehaald voor een gloednieuwe en hypermoderne deegkamer en wordt ook de distributie geoptimaliseerd. Als gevolg daarvan verhuist de productie van de bakkerij van Lo-Reninge naar de nabijgelegen bakkerij in Ieper. De historische thuisbasis in Lo-Reninge blijft als uithangbord en krijgt ook nieuwe impulsen.
De fusie van beide bakkerijen past in de ambitie van de Biscuiterie om verder te groeien en efficiënter te werken. Dit zowel bij de inzet van het personeel als de optimalisatie van de logistiek. De directie benadrukt dat alle werkgelegenheid behouden blijft. Momenteel stelt Biscuiterie Jules Destrooper 170 mensen te werk, waarvan 58 in Lo-Reninge. “Al deze medewerkers kunnen aan de slag blijven in Ieper”, aldus Emmanuel Blomme, CEO van Biscuiterie Jules Destrooper. “Met de fusie van de bakkerijen kunnen we onze bestaande medewerkers efficiënter inzetten. Net als onze sectorgenoten hebben ook wij immers veel moeite om de openstaande vacatures in te vullen en zijn we momenteel op zoek naar onder andere techniekers en bakkers.”
De fusie start in januari 2019 en moet tegen juli 2019 volledig zijn afgerond. In die tijd blijft de productie verder lopen. De bakkerij in Ieper bestaat sinds 1986 en is uitgegroeid tot de belangrijkste bakkerij van de Biscuiterie. In Ieper worden onder meer het amandelbrood, de speculoos en de ‘Florentines’ gebakken en staat ook de ‘chocoladelijn’ waar de koekjes voorzien worden van hun laagje Belgische chocolade. Ook de voorraad en het centrale distributiepunt vanwaar alle koekjes worden uitgeleverd naar meer dan 80 landen, gebeurt vanuit Ieper. Het concentreren van al deze activiteiten zal heel wat efficiënter zijn zowel voor het transport van goederen als voor de medewerkers.
Geen afscheid
“We gaan de banden met Lo-Reninge zeker niet verbreken”, licht Emmanuel Blomme nog toe. “Zo zullen we de proefbakkerij blijven gebruiken voor nieuwe productontwikkelingen en blijft ook de opslagruimte in gebruik. Meer nog, we gaan in de toekomst verder investeren in de ontwikkeling van het bezoekerscentrum. Deze ontvangt nu jaarlijks zo’n 25.000 bezoekers. Dat aantal willen we graag fors opdrijven. We blijven dus aanwezig in de stad waar het voor Jules Destrooper allemaal begon.”
Jules Destrooper is sinds de lente van 2015 eigendom van de familie Vandermarliere.