De textielsector is een belangrijke sector in Vlaanderen, zeker in West-Vlaanderen, en maakt voor een groot stuk deel uit van ons Vlaams economisch erfgoed. Interieurtextiel vertegenwoordigt 40% van de markt, met tapijten als grootste aandeel. Zoals de meeste leden van Fedustria, zijn de bedrijven actief in dit segment sterk exportgericht. Ons Vlaams vakmanschap is dan ook internationaal bekend en erkend.
In België werken momenteel 18.500 werknemers in de textielsector. In de komende jaren zullen enkele 400 à 500 mensen op pensioen gaan en blijft het bijzonder moeilijk om gekwalificeerde arbeidskrachten te vinden. In Vlaanderen bestaat er namelijk nog maar één school in Vlaanderen waar een textielopleiding op secundair niveau kan gevolgd worden (PTI Kortrijk). Daarom pleit Fedustria al lang voor een specifieke invoering van flexijobs voor gepensioneerden die voor kennisborging en overdracht van kennis kunnen zorgen voor de nieuwe werknemers.
Duaal leren en levenslang leren zijn essentieel
STEM-opleidingen bieden interessante carrièremogelijkheden voor leerlingen en studenten. Duaal leren is voor onze bedrijven een essentieel element in de strijd tegen de krapte op de arbeidsmarkt. Bedrijven, zoals Lano, hebben nood aan goede, technisch geschoolde mensen en bieden daartoe graag stageplaatsen aan.
“De instroom van leerlingen in duaal leren blijft echter te beperkt, daarom vragen wij om duaal leren nog meer te promoten en belemmeringen die zich momenteel nog stellen weg te halen”, zei Karla Basselier, CEO van Fedustria aan Melissa Depraetere. “Ook voor het personeel blijven opleidingen uiteraard zeer belangrijk. “Fedustria onderschrijft reeds vele jaren het belang van levenslang leren. Daarom zetten onze bedrijven in op specifieke opleidingen op de werkvloer. Zo heeft het textielopleidingscentrum Cobot samen met de VDAB een textielopleiding voor werkzoekenden opgezet. Na afloop volgde één van de deelnemers een stage in Lano. Dit is in het belang van het bedrijf, maar zeker ook van de werknemer die zo zijn positie op de arbeidsmarkt en in de onderneming kan versterken.”
Zware druk
De tapijtmarkt kent momenteel woelige tijden. Er is veel concurrentie, vooral uit lagelonenlanden zoals Turkije, en een dalende vraag op de lokale markten door het lage consumentenvertrouwen en de sputterende economie. Na een sterke stijging van de vraag naar interieurproducten tijdens de coronacrisis, hebben consumenten hun aankoopprofiel tijdelijk aangepast richting andere aankopen en activiteiten.
Ook door de inflatie is de koopkracht in de meeste landen aangetast. Tegelijkertijd stijgen de productiekosten in België: grondstofprijzen, maar vooral energieprijzen en loonkosten door de automatische loonindexering. Buurlanden, zoals bv. Frankrijk, bevinden zich in een andere situatie en de energieprijzen zijn er veel lager voor energie-intensieve bedrijven. Hetzelfde geldt voor Turkije, de Verenigde Staten en China. Daarbovenop worden er zowel in enkele grote EU-landen als buiten Europa buitenproportionele subsidies uitgedeeld die een ongelijk speelveld veroorzaken
Kwaliteit, innovatie en duurzaamheid
“Onze bedrijven moeten niet proberen te concurreren met China en Turkije op basis van volume en lage prijzen, maar wel op basis van kwaliteit, specialiteiten en service”, zei Karla Basselier, CEO van Fedustria nog. “Innovatie, R&D en duurzaamheid zijn onze beste troeven. De Vlaamse textielindustrie heeft zich de afgelopen decennia inderdaad gemoderniseerd en getransformeerd. Onder de leden van Fedustria bevinden zich veel innovatieve textielbedrijven die meer en meer geleid worden door de jongere generatie ondernemers. Daarnaast moeten ze wel kunnen rekenen op de Europese, Federale en Vlaamse regeringen om het speelveld niet steeds ongelijker te laten worden. Dit is meer dan ooit broodnodig.”
Lano en strategie
Ondanks een aaneenschakeling van crisissen (financiële crisis, eurocrisis, brexit, covid, energiecrisis en competitiviteitsschok) slaagde Lano erin om te groeien van 70 miljoen euro tot 120 miljoen euro in het afgelopen decennium. Het deed dit door zwaar te investeren in groeiniches (kunstgras, vliegtuigtapijt, hoteltapijt), automatisatie en flexibiliteit van het machinepark en in logistiek waarbij Lano steeds dichter bij de lokale klant wil zitten.
“Het was de afgelopen jaren lastig fietsen – bergop, tegenwind en in hondenweer”, zei CEO Joe Lano naar aanleiding van het bezoek. “Maar een Flandrien raakt ook in zulke omstandigheden vooruit. Lano heeft, met dank aan een gemotiveerd team medewerkers, een goede koers gereden de afgelopen jaren. Mochten we ook nog een beetje rugwind krijgen onder de vorm van een gunstig ondernemingsklimaat, zijn we nog tot veel meer in staat. Onze economie kan maar wel varen bij meer industrie.”