BRUGGE – Wel bekend en geprezen door de sector. Daarbuiten misschien nog te veel een verborgen parel. Het Brugse Ingenium vierde de voorbije dagen met een knallende party alvast 50 jaar onversneden West-Vlaams ondernemerschap. Ingeniums CEO zegt graag dat zijn bedrijf ‘nie geweune’ is. Dat Ingenium ongewone (nie geweune) dingen voor elkaar krijgt, is in de eerste plaats te danken aan de familie Vyncke. Nicolas Vyncke, de huidige CEO van Ingenium, is de neef van Peter en Dieter Vyncke van het gelijknamige familiebedrijf uit Harelbeke.
Ingenium werd in 1968 in Brugge opgericht door Herwig Vyncke. Jef Leye – die hij bij de bouw van het AZ Sint-Jan had ontmoet – werd al snel zijn vennoot. Van in het begin focuste het studiebureau op alles wat een gebouw tot leven brengt: elektriciteit, verwarming, verluchting, sanitair, liften, beveiliging en communicatie.
“We zijn bezeten van duurzaamheid en innovatie,” vertelt Nicolas Vyncke, de huidige CEO en zoon van de stichter. “De wereld béter maken, is onze missie. We adviseren onze klanten dan ook om toekomstgericht te denken en met de duurzaamheid van hun gebouw een stap vérder te gaan dan de wet vandaag voorschrijft. Het resultaat zijn CO2-neutrale en zelfs energiepositiéve gebouwen die volledig van het aardgasnet zijn afgekoppeld. Ook het gebruik van hernieuwbare materialen draagt een steentje bij.”
De voorbije decennia groeide Ingenium uit tot een bedrijvengroep met 90 medewerkers die actief zijn vanuit Brugge, Gent, Leuven en Antwerpen. “Sinds 2 jaar geleden hebben we ook 2 zusterbedrijven,” vervolgt Nicolas Vyncke. “Industrium focust op industrie en retail en Electrium maakt analyses van grote energienetwerken. Recente ‘nie geweune’ projecten waaraan we meewerkten, zijn onder meer de architecturale blikvangers AZ Zeno in Knokke-Heist en het Antwerpse Havenhuis, alsook de eerste CO2-neutrale supermarkt van Lidl in Elsene.”
Ingenieurswerk is mensenwerk voor Ingenium. “We gebruiken uiteraard computers met superperformante software om ingewikkelde berekeningen te maken, maar de techniek is voor ons geen doel op zich”, aldus nog Vyncke. “De technische installaties moeten elke keer zo slim en gebruiksvriendelijk zijn ontworpen, dat de gebruiker van een gebouw er op een veilige, comfortabele, aangename en duurzame manier kan werken of leven.”
