Deze hertekening komt voort uit de conceptstudie die tussen 2019 en 2022 werd uitgevoerd door het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, in opdracht van Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters en de provincie West-Vlaanderen. Ondertussen lanceerde het Agentschap Wegen en Verkeer een aanbesteding voor onderzoek naar de verdere inrichting en uitwerking van de fietsinfrastructuur in De Haan. In het voorjaar van 2024 volgt de opstart van een tweede aanbestedingsprocedure voor de studie in Zeebrugge en Blankenberge.
“Fietsveiligheid is voor mij een topprioriteit”, zegt Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters. “Willen we meer mensen op de fiets, dan moeten wij als overheid ervoor zorgen dat het veilig en comfortabel kan en daar staan investeringen tegenover. Het werk is nog niet af, maar we werken de komende jaren hard verder op het uitgestippelde (fiets)pad met alle beleidsniveaus. Met een gedeelde fietsambitie kunnen we versneld zorgen voor meer en betere fietspaden en fietssnelwegen. Door de herinrichting van de N34 verbeteren we de fietsinfrastructuur en creëren we een veilige omgeving voor fietsers. Niet alleen hebben we oog voor het vergroenen van de streek, we zetten hier ook een belangrijke stap voorwaarts om duurzame mobiliteit verder te stimuleren.”
Gebreken omzetten in opportuniteiten
De fietssnelweg F34, die Knokke-Heist met Nieuwpoort zal verbinden, valt tussen Zeebrugge en Oostende grotendeels samen met de N34. De fietssnelweg is vandaag nog niet zichtbaar en er is een grote variatie qua inrichting en infrastructuur. In vergelijking met de autoweg vertoont de huidige fietsinfrastructuur ook grote kwaliteitsgebreken. Op veel plaatsen zijn de fietspaden te smal, liggen ze te dicht bij de autoweg of op de pechstrook, zijn ze opgebouwd uit betonklinkers en is er sprake van putten. Daar willen de verschillende partners gezamenlijk verandering in brengen.
De huidige noordelijke rijbaan van de N34 richting Oostende zal verdwijnen en plaatsmaken voor fietsers en ontwikkeling van de duinen. Het autoverkeer wordt gebundeld op de zuidelijke rijbaan, die zal bestaan uit één rijstrook per rijrichting. “De aanliggende fietsstroken worden vervangen door een ruim en comfortabel fietspad van 4 meter breed, afgeschermd van het gemotoriseerd verkeer. Op deze fietssnelweg zullen fietsers telkens voorrang hebben op kruispunten. Afhankelijk van de zone komt de fietssnelweg ten noorden van de tramlijn of ten zuiden van de rijbaan”, vertelt minister Peeters.
Next steps
Het globale concept wordt nu verder uitgewerkt in vervolgstudies, die de ontwerpprincipes in detail zullen vaststellen. Dat verder onderzoek gebeurt nu in eerste instantie voor de deelzones Zeebrugge-Blankenberge en De Haan. Voor de beide studies wordt telkens een uitvoeringstermijn voorzien van 1 kalenderjaar. In het najaar van 2023 werd de aanbesteding voor de studie op grondgebied De Haan in de markt gezet. Die voor Zeebrugge- Blankenberge wordt in het voorjaar van 2024 gelanceerd.
Tussen Zeebrugge en het centrum van Blankenberge zal de fietssnelweg ten noorden van de trambedding liggen. Een fietstunnel ter hoogte van de Londenstraat in Zeebrugge-Bad zal de F34 laten aansluiten op de toekomstige fietssnelweg F31 Zeebrugge-Brugge. Ter hoogte van de kruising met de A. Ruzettelaan in Blankenberge zal een tweede fietstunnel de verschillende fietsstromen opvangen en veilig onder de doorgaande rijstroken en tramlijn leiden.
De studie voor het deelgebied De Haan is inhoudelijk ruimer en inhoudelijk uitdagender. In de conceptnota worden de fietssnelweg en het doorgaand autoverkeer samengebracht op het zuidelijke traject van de Kustbaan en dus ten zuiden van het beschermde historische centrum in de Haan geleid. De verkeersafwikkeling ter hoogte van het tramstation ‘De Haan Aan Zee’ wordt daardoor zeer complex en de bebouwde, en grotendeels beschermde, omgeving levert hier ook bijkomende ontwerpuitdagingen.
Een inrichtingsstudie moet bestuderen of een wegtunnel hier technisch mogelijk is en welke inrichting bovengronds gepast is, rekening houdend met de typische stedenbouwkundige context. Om die reden schuift naast het Agentschap Wegen en Verkeer, de gemeente De Haan en de provincie ook het Departement Omgeving als mede-opdrachtgever aan.
Afhankelijk van de aanbesteding en de inschrijvers, wordt verwacht begin 2024 te kunnen starten met het studiewerk voor De Haan en in de loop van 2024 voor Zeebrugge-Blankenberge.