Duinkerke windmolens op zee 2

Geplande Franse windmolens beroeren de gemoederen

DE PANNE, KOKSIJDE, NIEUWPOORT - Nieuwe episode in het dossier van de mega windmolens (de grootste ter wereld) die het Franse EdF (Electricité de France) wil bouwen voor de kust van Duinkerke, en dat op amper enkele kilometer van de vloedlijn. De vraagtekens en het verzet aan Belgische kant blijven zeer groot. Minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne en de burgemeesters van De Panne, Koksijde en Nieuwpoort zetten gezamenlijk hun voet en blijven overleg eisen in plaats van unilateraal Frans gedoe.  

De Franse overheid heeft plannen om een windmolenpark op zee te laten bouwen naast de Belgische grens ter hoogte van Duinkerke. In het najaar van 2020 werd hierover in Frankrijk een publieksraadpleging gehouden. Ook België organiseerde onder impuls van vice-eerste minister en minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne begin december een digitale publieksvergadering. Hiermee werd een stem gegeven aan de bezorgdheden van de kustbewoners, de haven van Oostende en andere belanghebbenden.

Deze week volgde een nieuwe stap in de Franse publiekconsultatie: de conclusies van de ontwikkelaars EdF en RTE met bekendmaking van de wijze waarop ze willen verder werken aan het windmolenpark. De Belgische regering neemt hier akte van maar blijft geloven in dialoog om tot een oplossing te komen. Daarnaast zullen ook de juridische middelen indien nodig benut worden.

Pal voor de kust

Vlak bij de Belgische grens plant de Franse overheid een windmolenpark op 10 km voor de kust van Duinkerke. In een zone van 55 km² zullen maximaal 46 windmolens gebouwd worden om samen 600 MW elektriciteit op te wekken.

De federale regering volgt dit project sinds 2016 van dichtbij op. Deze plannen leiden tot vele bezorgheden. Zo heeft de bouw van het park met heel hoge windmolens zo dicht bij de kust een directe impact op het zeezicht van de kustbewoners. Ook aan Franse zijde van de grens stuit dit overigens op protest. Daarnaast ziet de haven van Oostende het park liever opschuiven omdat met de huidige locatie historische vaarroutes naar het Verenigd Koninkrijk geblokkeerd worden. Verder worden de luchtvaart- en de scheepvaartveiligheid bedreigd. Tot slot zou het park gebouwd worden in natuurgebied zonder dat hierover het nodige studiewerk gevoerd wordt.

Solo slim?

Aan Franse zijde hebben de ontwikkelaars EdF en RTE zopas op een persconferentie bevestigd wat aan Belgische zijde wordt gevreesd: ze willen met hun plannen onverminderd doorgaan.

De federale regering neemt akte van deze beslissing en zal nu de inhoud ervan grondig bestuderen. Dit in samenspraak met het advocatenkantoor dat werd aangesteld. De aankondiging komt niet als een verrassing. De beslissing was aangekondigd en de regering werd hier afgelopen weekend ook door de Franse overheid van op de hoogte gebracht.

De huidige plannen houden onvoldoende rekening met de Belgische bezorgdheden, laat minister Van Quickenborne weten. Ons land is, ondanks haar beperkte kustlijn, wereldwijd de vijfde grootste producent van offshore windenergie. “We juichen investeringen in windmolens op zee toe”, luidt de Belgische stelling. “Maar de voorgestelde locatie is problematisch. Daarom hebben we de voorbije jaren een constructieve dialoog gevoerd met de Franse overheid. Tijdens de Franse publieksconsultatie werd een voorstel uitgewerkt van een alternatieve locatie en ingediend als Belgisch standpunt. Het voorgestelde gebied verder naar het noorden biedt een oplossing aan alle Belgische bezwaren. Eind vorige maand trokken medewerkers van de minister van Noordzee naar Parijs om gedurende drie dagen intensief te overleggen met de Franse overheid. Hierbij werd ook verder ingegaan op de juridische aspecten om een verplaatsing van het park mogelijk te maken.”

Het hoogste niveau

Het dossier is er een dat op het hoogste niveau op tafel ligt. Ook regeringsleiders Emmanuel Macron en Alexander De Croo bespraken de kwestie al. Minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne blijft namens de Belgische regering het dossier nauwgezet opvolgen. Daarbij worden indien nodig de juridische middelen benut. De Belgische regering heeft als één van de betrokken actoren 2 maanden om beroep in te dienen tegen de Franse beslissing.

Daarnaast wordt verder volop ingezet op dialoog om tot een oplossing te komen als goede buren in onze gezamenlijke strijd voor groenere energie, aldus nog Van Quickenborne. Hij werkt hiervoor samen met betrokken Belgische partners zoals de kustgemeenten De Panne, Koksijde en Nieuwpoort en de haven van Oostende. “De dialoog met de Fransen is voor mij nog steeds de beste en snelste manier om tot een aanvaardbare en rechtszekere oplossing te komen voor alle betrokken partijen”, aldus de minister van Noordzee.