Vanuit de hoofdzetel in Waregem stuurt Cras regelmatig nieuws uit over investeringen en overnames. “We zijn inderdaad bezig aan een mooi groeiverhaal”, vertelt COO Hendrik D’hont. ‘Vanuit onze 17 eigen vestigingen bedienen we de houtvakman met een breed assortiment aan houtgerelateerde producten en de daarbij horende diensten. Wij verzagen, schaven, frezen, boren en verduurzamen hout op maat van de klant. Bovendien kasten wij nu ook al zelf binnendeuren in en beplakken we plaatmateriaal met hpl. Dat alles om onze klanten zoveel mogelijk te ontzorgen. We willen dé partner van de houtvakman worden en investeren daarom flink in het creëren van toegevoegde waarde.”
Daar horen ook broodnodige investeringen bij. Zopas nam het Cras-team in Waregem een fonkelnieuwe thermo-vacuüminstallatie in gebruik. Dat is een machine die hout via een nauwkeurig gecontroleerd proces opwarmt tot iets meer dan 200°C. Hout dat op die manier behandeld wordt, is bestand tegen schimmels en insecten. Bovendien ondergaat het hout een verandering van celstructuur, waardoor het ook een pak stabieler wordt. Dit hout ‘werkt’ nagenoeg niet meer.
Milieuvriendelijke oplossing
“Via deze techniek kunnen van nature minder duurzame houtsoorten een flink pak duurzamer gemaakt worden”, luidt het bij Cras. “De interesse van de markt is dan ook erg groot. Deze machine is een kopie van de bestaande installatie, maar dan drie keer zo groot. We verhogen zo onze capaciteit naar 11.000 m3 per jaar.”
De thermische modificatie-installatie moet ook uitblinken in milieuvriendelijkheid. “Eerst en vooral verbruiken we minder elektriciteit tegenover andere thermoprocessen”, zegt de COO. “Een groot deel van die elektriciteit wekken we trouwens zelf op via onze zonnepanelen. Bovendien is voor deze verduurzamingstechniek geen water nodig. Er worden overigens ook geen andere additieven gebruikt voor dit proces. Chemische producten komen hier niet aan te pas.”
“Door lokale, Europese houtsoorten op deze manier te behandelen, worden ze een pak duurzamer en dus inzetbaar voor meer toepassingen’, gaat Hendrik D’hont verder. “We kunnen nu essen, populier en vuren aanbieden als gevelbekleding. Tot voor kort kwamen daar hoofdzakelijk tropische houtsoorten voor in aanmerking. Nu is het aanbod dus breder voor de vakman en de consument en zien we het gebruik van lokale houtsoorten stijgen. Met als positief gevolg dat minder hout van de andere kant van de wereld moet verscheept worden… en dat spaart een pak CO₂-uitstoot.”
