Ondanks de coronapandemie scheert de ‘ondernemingsdrift’ in (West-)Vlaanderen hoge toppen in de jongste twee jaren. Het aantal opgerichte ondernemingen piekt in 2021 op het hoogste niveau sinds lange tijd. Uit de cijferanalyse van POM West-Vlaanderen blijkt bovendien dat de overlevingsgraad van de West-Vlaamse starters hoger ligt dan deze voor heel Vlaanderen.
Het coronavirus, dat heel de wereld en ook ons land duchtig in de tang hield in 2020 en 2021, zette een zware domper op meerdere economische sectoren. Met als gevolg grote omzetverliezen en forse tijdelijke werkloosheid. Die felle crisis had evenwel geen negatieve weerslag op de startersdynamiek. Integendeel zelfs, aldus een bijdrage in het tijdschrift West-Vlaanderen Werkt. Het aantal nieuw opgerichte ondernemingen (vennootschappen en eenmanszaken samen) zit al enkele jaren ononderbroken in de lift. Van alle ondernemingen die in 2021 in
Vlaanderen werden gestart, situeerde 17,5% zich in West-Vlaanderen. In 2021 zag zo een recordaantal van 13.539 nieuwe bedrijven het levenslicht in de kustprovincie. Dat zijn er zomaar eventjes 2.904 méér dan in 2016. Dit betekent dus een fikse klim van 27 procent in vijf jaar tijd.
Kortrijk spant de kroon
De startersdynamiek lag tijdens de twee crisisjaren 2020-21 en vooral in 2021 merkbaar hoger dan voor de hardnekkige coronapandemie. De grootste concentratie aan nieuw opgerichte ondernemingen in 2021 situeerde zich in de arrondissementen Kortrijk (25%) en Brugge (24,5%). Die zijn samen goed voor circa de helft van de nieuwkomers. In de arrondissementen Veurne (5%) en Diksmuide (4,2%) was het aantal nieuwkomers dan weer het kleinst.
Nog dit: de grootste toename aan nieuwe oprichtingen in 2021, en dat in vergelijking met 2016, manifesteerde zich in het arrondissement
Roeselare met een spectaculaire aanwas van ruim 42%. Het arrondissement Kortrijk volgde met ruim 39%.