KORTRIJK, RIJSEL – In de zakenrelaties tussen Noord-Frankrijk en West-Vlaanderen is de kennis van het Nederlands bij onze zuiderburen vaak een gigantisch probleem. Of noem het maar een niet te slopen muur. Probleem dat doorgaans pragmatisch opgelost wordt dankzij de parate kennis die veel West-Vlaamse ondernemers hebben van de taal van Molière. Dit wil niet zeggen dat we alles bij het oude moeten laten, redeneert nu de Chambre de Commerce Franco-Belge in Rijsel, kortweg de CCFB.
De CCFB begint in het najaar met spoedcursussen Nederlands voor de Noord-Fransen. Veel Franse zakenlui zijn vaak gefrustreerd dat ze onze taal niet meer machtig zijn, maar doen er niets aan. Bruno Bonduelle, bekend zakenman in le Nord, lanceerde ooit de idee om de Fransen een ‘Néerlandais de courtoisie‘ aan te leren. Goed idee, maar het bleef grotendeels bij een mooi geformuleerde ambitie.
Tijd om er iets aan te doen, redeneert de CCFB nu. Een betere kennis van het Nederlands, kan de professionele contacten tussen zakenlui langs beide kanten van de landsgrens alleen maar bevorderen, zo luidt de thesis. Bedoeling is om zoveel mogelijk maatwerk aan te bieden. Voor de praktische uitwerking wordt beroep gedaan op het gespecialiseerde kantoor Bellingua uit Roeselare. De taallessen kunnen door de overheid deels gesubsidieerd worden. De snelcursussen beginnen op elf september en strekken zich uit over drie maanden, telkens op vrijdagmorgen gedurende twee uur. Affaire à suivre.