Grondwitloof, dat was het woord dat het leven van Rudy en Gerda kleurde. Maar nu is het gedaan. Het was al in 1984 dat Rudy zijn begon te werken met het witte goud. Hij studeerde nochtans mechanisatie en autotechniek maar voelde zich altijd aangetrokken tot de teelt van witloof.
“Tijdens mijn laatste schooljaar had ik al wat witloofzaad klaar om te zaaien . Het waren de jaren ‘82-’83, de tijd van de grote economische crisis. Veel jonge witloofboeren haakten af. De verkoop van witloof als luxeproduct viel stil. Niemand kocht nog witloof maar ik was begeesterd door de groente en zou de sprong wagen. Ik had wel het voordeel dat de ouders van Gerda een witloofbedrijf runden”, vertelt Rudy.
Zware investeringen
Gerda en Rudy rolden bijna automatisch in het bedrijf langs de Haldertstraat in Houwaart (Tielt-Winge). Het telen van grondwitloof vergt zware investeringen. Vooral de aankoop van gespecialiseerde machines is een zware dobber. De opkomst van de hydrocultuur zorgde tijdelijk dat de vollegrondwitloof het sommige jaren zwaar te verduren kreeg.
“Op water telen, is properder werken, kan beter gecontroleerd worden en is een stuk goedkoper dan de grondteelt. Het smaakverschil is echter groot al beweren sommigen dat dit niet waar is. Wij zijn er bij de vzw Brussels Grondwitloof van overtuigd dat dit wel het geval is”, aldus nog Rudy.
Sinds een aantal jaren is de Houwaartse teler de voorzitter van de vzw en dat wil hij voorlopig blijven. Ook hier kent hij de knepen van het vak als geen ander. Rare kronkels zijn het wel. De teler houdt een opendeur voor bezoekers maar sluit net nu op 1 februari de deur.
“Ik wilde de bezoekers tonen hoe het allemaal in zijn werk gaat. Voor mijn vrouw wordt het rustig huishouden, ik heb nog steeds een 80 hectare akkerbouw die ik moet bewerken maar witloof is er niet meer bij. Gerda gaat vervroegd met pensioen. Voor de helpende handen die er voor zorgden dat het eindproduct er netjes uitzag, zal het wennen worden”, zegt Rudy.