ThorbiQbouwsector_47d405866259cb2684c9559519ef97b5

Sector: “we willen 20% meer instroom, 20% minder uitstroom”

LEUVEN / HALLE / AARSCHOT / TIENEN / DIEST / VILVOORDE / BRUSSEL - De sociale partners van de bouw hebben zich ambitieuze doelstellingen gesteld. Tegen 2030 moet het aantal leerlingen in de bouwopleidingen met 20% toenemen, de doorstroom naar de sector met 20% groeien en de uitstroom met 20% afnemen. Daarom werd er binnen het kader van de dienstverlenende organisatie Constructiv een grootschalig onderzoek georganiseerd naar de motieven om in de bouw te werken om op die manier een strategie te ontwikkelen om die doelstellingen te bereiken.

 

 

Werken met de handen, gevarieerd werk, de kans om bij te leren, jobzekerheid en beroepsfierheid zijn de 5 belangrijkste elementen waarom een bouwvakker kiest voor de sector. Dat blijkt uit onderzoek van Constructiv, de dienstverlenende organisatie van werkgeversorganisaties en vakbonden uit de bouw, waaraan 1.807 bouwarbeiders hebben deelgenomen. 8 op de 10 bouwvakkers zijn tevreden over hun contracttype, 7 op de 10 over de begeleiding en vorming die ze krijgen. “Bovendien kiezen ze uit volle goesting voor onze sector. Aan ons om de troeven van de bouw nog veel meer uit te spelen”, zegt Niko Demeester, directeur-generaal van de Confederatie Bouw.

Bewuste keuze 

Verder geeft het onderzoek aan dat de bouw een bewuste keuze is om in te gaan werken. Het is dus allesbehalve een laatste optie. Tot slot blijft men in de bouw aan de slag omwille van het goed loon, het vast contract en de goede werksfeer. Dat zijn volgens de Confederatie Bouw allemaal troeven om duidelijk uit te spelen, samen met het feit dat de sector sterk aan het evolueren is en dankzij onder meer digitalisering veiliger, minder zwaar en minder vuil wordt.

Instroom via informeel kanaal 

Eveneens opvallend is dat de meeste instromers in de bouw aan de slag gaan via een informeel kanaal: 29% via hun vrienden en 22% via familie, tegenover 12% via uitzendkantoren, 10% via scholen en 10% via arbeidsbemiddelaars zoals de VDAB. Indien ze ervaring hebben, hebben ze die vooral opgedaan in de horeca (17%), de elektriciteitssector (12%) en de metaalsector (11%). Tot slot ziet het onderzoek dat jongeren in een alternerend traject een zekerheid zijn voor de bouwsector: 96% van de jongeren geeft aan te willen werken in de bouwsector. “Daarom is het beleidsmatig nodig om nog veel meer in te zetten op duaal leren”, aldus de Confederatie Bouw.