Michael Callens, Niels De Greef en Yannick Meerten richtten REIN4CED op, een Leuvense onderneming die een aanspreekpunt wil zijn voor productontwikkelaars en ingenieurs voor al hun vragen en projecten rond vezelversterkte composietmaterialen. De drie leerden elkaar kennen op de KU Leuven, samen voerden ze al bijna tien jaar onderzoek naar nieuwe innovaties binnen composietmaterialen.
“Het meest gekend in de groep van composietmaterialen is carbon. Dat kennen de mensen van de fietsen en van de duurdere sportwagens”, zegt Michael Callens. “Waar het materiaal vroeger enkel in luxeproducten werd gebruikt, duikt het nu veel meer op. Het is bizar dat er wereldwijd een sterke groei is in composietmaterialen, maar deze trend nauwelijks zichtbaar is in België. Dat heeft er onder meer mee te maken dat het niet altijd eenvoudig is om gebruik te maken van composietmateriaal.”
“Wij helpen productontwikkelaars en machinebouwers om de overstap te maken. Wij kunnen advies geven, mee engineeren, maar ook prototypes maken. We kunnen dan bekijken of het bedrijf zelf gaat produceren of we daar een partner voor zoeken. Kleine serieproductie kunnen we ook zelf doen.”
Callens weet dat het bij machinebouwers niet altijd makkelijk is om ze te overtuigen van composietmateriaal. “Ze zijn heel sterk vertrouwd in het werken met metaal. Zeker op het vlak van engineering vraagt het een omschakeling om met vezelversterkt composiet te gaan werken en daarom houden ze de boot wat af. In Duitsland merken ze wel sterk de voordelen van composietmateriaal.”
“Het grootste voordeel van vezelversterkt composiet is het lage gewicht. Bij auto’s en fietsers is dat voordeel meteen duidelijk, maar bij machines kun je onderdelen sneller laten bewegen door dat lagere gewicht.”
Meer over REIN4CED vind je hier.