Pol Clement, Niels Gerritsens en Koen Christiaens Pol Clement, Niels Gerritsens en Koen Christiaens. Foto: idh

Ondernemers in Pepingen boos omdat lang verhoopte kmo-zone in water dreigt te vallen

Een aantal ondernemers uit Pepingen trekt aan de alarmbel, nu volgens de nieuwe ruimtelijke plannen van de provincie Vlaams-Brabant een kmo-zone in Pepingen waar men al zo lang op hoopt dood en begraven lijkt.

De provincie Vlaams-Brabant is volop bezig met een toekomstvisie over wat er in steden en gemeenten op ruimtelijk vlak in de toekomst nog mogelijk zal zijn. Steden en gemeenten worden daarom ingedeeld in categorieën naar gelang het aantal inwoners, hun landelijkheid, de aanwezigheid van dienstverlening en zo meer.

Zo wil de provincie Vlaams-Brabant Pepingen het statuut van ‘strategische dorpskern’ geven en de andere dorpskernen van Bellingen, Beert, Elingen, Bogaarden en Heikruis het statuut van ‘landelijke dorpskern’. Concreet betekent dat overal in Pepingen de voorkeur wordt gegeven om landbouwgebieden zo veel mogelijk aaneengesloten te houden om voor de landbouw aantrekkelijk te blijven. Agrarisch gebied kan niet omgezet worden in bedrijvenzone omdat eerst de bestaande kmo-zones in de buurt eerst maximaal benut moeten worden.

Onrealistisch

Dat hiermee het idee van een kmo-zone in Pepingen begraven wordt, ligt voor de plaatselijke ondernemers moeilijk. “Wie zegt dat er in hier geen nood is aan ruimte waar kleine ambachtelijke bedrijven kunnen werken of waar starters terecht kunnen, heeft geen voeling met de realiteit. Integendeel, heel wat lokale ondernemers smeken om extra ruimte”, zegt Pol Clement, zaakvoerder van schrijnwerkerij Clement in Bellingen en voorzitter van de Bouwunie afdeling Schrijnwerkerij en Interieurbouw.

“Pepingen telt heel veel creatieve ondernemers en zelfstandigen, meer dan het Vlaams gemiddelde. Vaak gaat het om kleinere zaken zoals tuinondernemers, herstellers van machines, fietsherstellers, mensen die actief zijn in de bouw en zo meer. Het kan toch niet de bedoeling zijn om die allemaal uit Pepingen te verjagen.”

Ruimte voor ambachtelijke bedrijfjes

“Wat wij nodig hebben is extra ruimte voor kleine ambachtelijke bedrijfjes, niet voor de grote industrie. Die kleine ondernemingen kunnen niet terecht op de industrieterreinen in Tubize. Daarvoor zijn ze te klein”, zegt Pol Clement. “Men mag niet vergeten dat deze bedrijven de motor zijn van onze lokale economie die ook voor werkgelegenheid zorgen ter plekke. Iedereen heeft de mond vol over streekproducten maar men mag ze nergens produceren.”

Niels Gerritsens uit Bellingen heeft met Hoffelijk een eigen tuinbedrijfje. “Ik moet voor mijn materiaal terecht in een loods in Lembeek. Het zou veel gemakkelijker zijn mocht ik mijn tuinmachines en mijn materiaal in een loods kunnen zetten bij mij thuis. Nu moet ik elke avond nog naar Lembeek om mijn bestelwagen te laden voor de dag nadien. Dat betekent onnoemelijk veel over en weer gerij en veel tijdverlies. En ik mis qualitytime met mijn familie. Mensen beseffen soms niet welke zotte toeren een ondernemer in Pepingen moet uithalen om te kunnen werken. Werken zou net als cultuur of sport een plaats moeten krijgen.”

Boerderijen staan leeg

Koen Christiaens heeft een bouwbedrijf en een brouwerij, en ook hij moest uitwijken naar Roosdaal omdat hij in Pepingen geen plek vond waar hij rechtmatig volgens de regels zijn materiaal kon stockeren. “Er zijn nochtans plekken genoeg waar dit mogelijk moet zijn als men de regels wat zou aanpassen”, zegt Koen. “Er staan grote boerderijen of schuren leeg maar daar mag ik zelfs geen graan stockeren voor mijn brouwerij omdat bier brouwen strikt genomen geen landbouw is.”

“We komen tot situaties waarin boerenzonen geen atelier kunnen starten bij hen thuis in een lege schuur omdat dit geen landbouw is. Er zijn schrijnende voorbeelden van bijvoorbeeld iemand die confituren wil maken, maar dit niet kan omdat er geen plaats voor is in Pepingen waar dit juridisch kan. Het wordt dubbel als men dan de mond vol heeft over het promoten van de eigen streekproducten. Vergunningen in orde krijgen kost bloed, zweet en tranen. Ondertussen promoot men het technisch en beroepsonderwijs. Maar mensen die hieruit komen moeten toch ergens kunnen werken. Fietsherstellers, tuinaanleggers, brouwers, installateurs van technische installaties, …: die kunnen niet thuis werken achter een computer.”

“Het geeft ons het gevoel dat creativiteit en ondernemingszin in Pepingen niet worden gewaardeerd maar eerder worden bestraft. We vragen geen groot industrieterrein maar met een loods van 400 tot 800m² kunnen ambachtelijke bedrijfjes al heel veel doen”, zegt Pol Clement. “Daarom steken wij als ondernemers onze nek uit in de hoop dat de bestuurders hun gezond verstand zullen gebruiken.”