Naar aanleiding van Internationale Vrouwendag ging dit platform de afgelopen weken op zoek naar de strafste onderneemster uit de regio. Onze lezers nomineerden hun favoriete onderneemster en stemden massaal op de vrouw die het volgens hen verdient om op 8 maart extra in de spotlight te staan. Meer dan 2.500 mensen brachten hun stem uit. Suyin Aerts van X-Treme Creations kaapte de derde plaats, Saartje Buvé van Freelance Office stond op de tweede plaats, maar de meeste stemmen gingen naar Nele Cornelis.
“Dit had ik niet zien aankomen”, reageert Nele op haar overwinning. “Eerlijk gezegd was ik niet op de hoogte van de wedstrijd, maar dit is natuurlijk een hele fijne erkenning. Zeker omdat we een vrij klein bedrijf in een nichemarkt zijn.” Cornelis Fencing is een aannemer met 25 werknemers dat bedrijven en openbare diensten helpt bij het begrenzen en beveiligen van hun perimeter. Bedrijven kunnen bij Cornelis terecht voor onder meer advies, de plaatsing, onderhoud en reparatie van hekwerk, poorten, speedgates, slagbomen enzovoort.
Nele stapte elf jaar geleden mee in het bedrijf en nam zo’n vier jaar geleden samen met haar man het roer over van haar vader. Door haar aderen stroomt ondernemersbloed: haar grootouders langs moeders kant hadden een beenhouwerij, langs vaders kant hadden haar grootouders een boerderij. “Mijn grootvader heeft tot zijn 70 jaar in die beenhouwerij gestaan”, vertelt Nele. “Het was een klein pand waar enkele vaste medewerkers werkten die we na een tijd gewoon beschouwden als familie.”
Lees ook: Nele van Cornelis Fencing staat in finale van ‘Strafste Onderneemster van Vlaams-Brabant’
Onwezenlijk
Haar vader begon met Cornelis Fencing toen Nele net was geboren. Maar als je Nele vroeger had verteld dat ze aan het hoofd van het bedrijf zou staan, had ze je waarschijnlijk niet geloofd. “Na het middelbaar wist ik niet goed welke richting ik uit wilde gaan”, zegt Nele. “De zaak overnemen heb ik wel altijd in mijn achterhoofd gehouden, maar mijn ouders hebben me daar nooit tot gedwongen. De overname verliep eigenlijk heel organisch.” Na haar studies Bedrijfseconomie aan de UGent werkte ze voor een groot marketingbedrijf in Brussel. “Dat was uitsluitend Franstalig dus ik werd daar echt uit mijn comfortzone getrokken. Ik heb daar ontzettend veel geleerd, maar ik leerde vooral dat die job niet echt bij mij paste op lange termijn.” Na anderhalf jaar waagde ze de sprong en nam ze het bedrijf van haar vader over. “Het voelt soms een beetje onwezenlijk aan”, vertelt ze over haar rol als zaakvoerder. “Maar ik haal er enorm veel voldoening uit.”
Ze maakt echter ook een kanttekening en vertelt dat een familiezaak overnemen soms ook wel moeilijkheden met zich meebrengt. “Je rol verandert van werknemer naar zaakvoerder. Je moet ook bepaalde zaken leren aanvoelen, dat is in het begin met vallen en opstaan. In die tijd vond ik het wel handig om een klankbord te hebben voor als je met bepaalde onzekerheden zit rond investeringen bijvoorbeeld. Toen ik de zaak overnam van mijn vader deden we beroep op een extern adviseur die ons daarin heeft begeleid.”
Dat is ook wat Nele graag aan beginnende ondernemers wil meegeven, meer specifiek voor ondernemers die een familiezaak willen overnemen. “Als jonge ondernemer is een adviseur of mentor belangrijk zodat zij je kunnen helpen in de beginperiode, maar ook nadien. Zeker bij een familiale overname waarbij je relatie plots verandert. Sommigen raken daardoor ontmoedigd, maar dat is net het jammere. Met het verhaal van Cornelis Fencing wil ik aantonen dat een familiezaak overnemen juist heel veel kansen kan bieden, ondanks de moeilijkheden die op je pad komen.”
Uitdagende functies
Nele wil een inspiratiebron zijn voor anderen, ook voor vrouwen, want de bouwsector wordt door velen nog altijd gezien als een mannenwereld. “Toen ik in het begin werfbezoeken deed, tikten mensen me soms aan en ze zeiden me dat ik verloren was gelopen. Toen ik hoogzwanger was, kreeg ik ook rare blikken en vroegen ze wat ik er kwam doen en of ik niet thuis zou moeten zijn. Na een tijd leer je daar wel mee omgaan, want daar zitten ook geen kwade bedoelingen achter. Dat is gewoon wat de mensen gewoon zijn. Dat waait ook meestal snel over als ik duidelijk vertel wat ik kom doen en laat zien wat mijn expertise is.”
Volgens Nele is er op dat vlak ook wel een evolutie aan de gang. “Ik kom steeds vaker vrouwelijke werfleiders tegen. Ook bij werkvergaderingen, in de werfketen van grote aannemers, zitten steeds meer vrouwen.” Toch vindt ze het lastig om daar conclusies uit te trekken. “Als ik op een jobbeurs sta van technische scholen, merk ik wel dat het merendeel van de kandidaten jongens of mannen zijn.”
Voor Nele is het dan ook belangrijk dat Internationale Vrouwendag wordt gevierd. “We moeten blijven benadrukken dat in nog zeer veel landen, sectoren maar ook in onze eigen maatschappij vrouwen bewust en onbewust niet dezelfde kansen krijgen. Het is daarbij ook belangrijk dat die zaken niet worden opgedrongen van bovenaf. Ook in de bouwsector moeten we blijven aantonen dat er enorm veel uitdagende functies zijn voor vrouwen. Van fysiek tot heel technisch en administratief, tot logistieke functies.”