38 procent van de ondernemers vraagt nu vaker een voorschot bij een bestelling dan twee jaar geleden. Dat blijkt uit een onderzoek van NSZ waaraan 632 ondernemers uit diverse sectoren hebben deelgenomen.
De ondernemers vragen een voorschot om slechte betalers tegen te gaan, want met een voorschot hebben ze al een deel van het geld in handen en zijn ze ook zeker dat de klant de bestelling komt halen. “Dat is slim gezien, wetende dat ruim één op de drie facturen aan ondernemingen nog steeds niet correct of tijdig betaald wordt”, zegt NSZ-voorzitter Christine Mattheeuws. “Het is ook perfect wettelijk. Meer nog, een ondernemer mag een bepaalde bestelling zelfs weigeren als de klant geen voorschot wil betalen.” Doorgaans bedraagt zo’n voorschot 15 à 20 procent van de totaalprijs. “Zolang het betalingsbevel niet is ingevoerd, is een voorschot een efficiënt middel om wanbetalers tot een minimum te beperken”, zegt Mattheeuws.
Ruim één op de drie facturen aan ondernemingen wordt niet tijdig of correct betaald. Dat is pijnlijk voor de bedrijven zelf, want zij lopen niet alleen inkomsten mis, maar moeten ook tijd, energie en soms geld steken in het recupereren van die openstaande facturen. “Ondertussen talmt de federale regering met de introductie van het betalingsbevel, een procedure waarbij schuldeisers makkelijker aan hun geld geraken door een eenzijdig verzoekschrift naar de rechter te sturen”, zegt Mattheeuws. “Die procedure zou kunnen worden toegepast bij niet betwiste vorderingen tot 200 euro voor consumenten en tot een onbeperkt bedrag tussen ondernemingen onderling, maar zou er vooral zorgen dat schuldeisers sneller hun centen zien.”
