De oprichting van Protealis eerder dit jaar ging gepaard met heel wat positieve belangstelling, niet alleen van durfkapitalisten, maar ook van boeren en de verwerkende voedings- en voederindustrie. Het verhaal van de eiwittransitie en duurzaam voedsel – het kader waarbinnen Protealis zijn positie wil uitbouwen – staat sinds de coronapandemie meer dan ooit op de agenda. De vraag naar plantaardige eiwitbronnen blijft stijgen. Zowel voedsel- als diervoederbedrijven ervaren een krapte in de markt van niet-ggo, lokale, duurzaam geteelde eiwitgewassen.
“Het werd steeds duidelijker dat we de sector niet moesten overtuigen van de opportuniteit, maar zo snel mogelijk een bestaande behoefte moesten vervullen”, zegt CEO Benjamin Laga. De interesse in de startup kwam niet alleen uit België, maar ook uit Centraal- en Oost-Europese landen waar de zeer vroege sojabonen uit de Protealis-portfolio een agronomische en klimatologische match kunnen zijn. Die interesse vertaalt zich nu in financiële rugwind met een extra investering van 5,7 miljoen euro in de A-ronde. Eerder werd al 6 miljoen euro opgehaald. De bijna verdubbeling van kapitaal stelt het bedrijf in staat om de geplande marktintroductie van duurzame en lokaal geteelde eiwitrijke gewassen uit te breiden en te bespoedigen. Terzelfdertijd versterkt Protealis zijn bestaande R&D-platformen.
Een van de investeerders is Korys, het fonds van de familie Colruyt. Korys brengt de typische knowhow van de verwerkingsindustrie in. Korys houdt trouwens al participaties in meerdere voedingsverwerkingsbedrijven aan. “De ambitie van Protealis om maatschappelijke en ecologische uitdagingen aan te pakken door middel van innovatie sluit naadloos aan bij de investeringsfilosofie en waarden van Korys”, bevestigt Raf Roelands, Investment Manager bij Korys. “We zijn erg enthousiast om een bedrijf met activiteiten op de intersectie van twee van onze investeringsthema’s, zijnde Life Sciences en duurzame consumptie, te ondersteunen in de vertaalslag van de erg solide wetenschappelijke agri-tech kennis naar commercieel beschikbare oplossingen die de consument helpen om nog duurzamer om te gaan met voeding.”
