Financieel is 2017 niet bepaald een goed jaar geweest voor de rijkste families in Vlaams-Brabant. De families rond bierproducent AB InBev in Leuven moeten het met 4 miljard euro minder doen. De familie Colruyt van de gelijknamige warenhuisketen uit Halle verloor meer dan een kwart miljard euro in een jaar tijd.
De families De Spoelberch, De Mévius en Van Damme, de grootste aandeelhouders bij AB InBev, zagen vorig jaar 4 miljard euro in rook opgaan omdat de beurswaarde van de biergigant er stevig op achteruitging. Met dat bedrag incasseren de drie veruit het grootste verlies van alle rijkste Belgische families.
Zelf laten die families er hun slaap niet voor. Dat stelt financieel expert Ludwig Verduyn. Ze leven niet van de waarde van hun aandelen, maar van de dividenden die het bedrijf jaar na jaar uitkeert. In 2018 mogen de zestig rijkste Belgische families volgens schattingen samen anderhalf miljard euro aan dividenden opstrijken. Voor AB InBev voorspellen analisten dat 2018 een veel beter jaar wordt.
Anders is het gesteld met de kleine belegger. Hij zal het slechte jaar 2017 veel harder voelen. Voor wie een bescheiden aantal aandelen bij AB InBev heeft en geen royale dividenden krijgt, loopt het verlies veel hoger op.
Ook Colruyt blikt niet terug op een topjaar. Het aandeel kreeg dit jaar klappen, waardoor de familie Colruyt haar vermogen met 284 miljoen euro zag slinken.
De families rond AB InBev en Colruyt zorgen voor het leeuwendeel van het gezamenlijk verlies van de rijkste Belgische families, dat voor 2017 geschat wordt op 5 miljard euro. De derde grootste verliezer is de familie Boone van Lotus Bakeries in het Oost-Vlaamse Kaprijke met 182 miljoen euro.