Het gaat om gemiddeld 86.250 niet-werkende werkzoekenden in 2022, een daling met 2.531 mensen of 2,9 procent ten opzichte van 2021. Onder hen zijn onder meer 5.440 jongeren in de beroepsinschakelingstijd (afgestudeerden).
Het totale aantal niet-werkende werkzoekenden ligt ook lager dan voor de coronacrisis: tegenover 2019 is er sprake van 1.797 werklozen minder (-2 procent).
Oorzaken
De daling tegenover 2021 situeert zich dus vooral in de eerste jaarhelft (-4,9 procent), in de tweede helft was de afname beperkt (-0,7 procent). In december was er een daling met 0,3 procent of 220 mensen tot 87.075 werkzoekenden. Maar in september, oktober en november was er een stijging tegenover het jaar voordien.
De oorzaken van de omkerende trend – die meer uitgesproken is bij de jongerenwerkloosheid – zijn niet ver te zoeken. Zo leidt de verslechtering van de economische situatie tot een daling van de vraag naar arbeid. De achterliggende oorzaken zijn onder meer de energie-, grondstof-, en loonkosten, en het koopkrachtverlies.
Meer Oekraïners
Een tweede element is het feit dat meer jongeren zich dit jaar na hun studie hebben ingeschreven. Derde factor is het hogere aantal inschrijvingen van Oekraïners.
Voor heel 2022 is er sprake van een werkloosheidsgraad van 15 procent. Voorts is met jaarlijks gemiddeld 8.680 werkzoekenden onder de 25 jaar de jongerenwerkloosheid met 1,9 procent gedaald.
Actiris ontving vorig jaar 83.656 vacatures, een toename met 38,9 procent. Teken aan de conjunctuurwand is de daling van het aantal vacatures met 11,9 procent in het slotkwartaal. In december is er daling met 20,2 procent, op jaarbasis, tot 5.765 vacatures.