AB InBev vervoert zijn bier tussen de brouwerij in Leuven en de haven van Antwerpen blijvend met supertrucks via de weg. De binnenvaart is geen alternatief want te traag voor biertransport. Een oproep in die zin van de Vlaamse minister voor Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) blijft daarmee dode letter. De Leuvense brouwer wil het bier als vers product zo snel mogelijk bij de consument hebben.
Weyts heeft de Leuvense brouwer opgeroepen om de binnenvaart te gebruiken. Volgens de minister stond AB InBev in oktober vorig jaar heel dicht bij een beslissing om zijn 85.000 containers per jaar via het water te vervoeren in plaats van over de weg. Weyts noemt de binnenvaart rechtszeker, betrouwbaar en alsmaar meer kostenefficiënt.
AB InBev koos er echter voor om zijn bier over de weg naar de Antwerpse haven te vervoeren. Van daaruit wordt het tranAtlantisch verscheept na een logistieke afhandeling door Katoen Natie. “Bier is een vers product. We willen dat zo snel mogelijk op de plaats van consumptie brengen. Met de binnenvaart neemt het toch heel wat dagen in beslag”, stelt Bart Grieten, vicepresident Supply Europe bij AB InBev.
“We hebben al een binnenvaartschip van Jupille bij Luik naar Leuven. Dat is al twee dagen onderweg. We zetten wel in op binnenvaart, maar dan voornamelijk voor het vervoer van leeggoed.”
De brouwer geeft duidelijk de voorkeur aan supertrucks, die al anderhalf jaar tussen Leuven en de Antwerpse haven rijden. AB InBev noemt de resultaten van het project indrukwekkend en wijst op het aantal vermeden ritten en de lagere uitstoot.
De toelating voor het gebruik van de supertrucks loopt volgens het Agentschap Wegen en Verkeer tot juni 2018. De beslissing voor een verlenging ligt bij de minister van Mobiliteit.