Na jarenlange geruchten en speculaties zijn er eindelijk concrete plannen: AB InBev werkt aan een overnamebod op SABMiller. Deze Britse brouwerij is de grootste concurrent van de biergigant uit Leuven. De samensmelting is niet onlogisch maar nog lang geen feit en zeker geen eenvoudige opdracht. Mogelijk moeten zelfs merken verkocht worden om de mededingingsautoriteiten over de streep te trekken.
Een jaar geleden doken berichten op dat AB InBev met banken aan het praten was over een overname van SABMiller. Toen was sprake van een bod van 94,2 miljard euro. Een officiële bevestiging van de interesse liet al die tijd op zich wachten. Nu blijkt dat AB InBev SABMiller benaderd heeft “met het oog op een combinatie van beide bedrijven”.
De Britse beurswetgeving bepaalt dat AB InBev tot 14 oktober de tijd heeft om duidelijk te maken of een bod er daadwerkelijk komt. Die deadline kan verlengd worden. Hoewel het om twee wereldbrouwers gaat, houdt een fusie wel steek. Een samengaan zou de sterke positie van AB InBev in de Verenigde Staten, Mexico en Brazilië combineren met de aanwezigheid van SABMiller in Afrika, China en Australië.
AB InBev heeft Stella, Budweiser en Corona als globale merken maar is wereldwijd ook actief met Becks, Leffe en Hoegaarden. In België is ook Jupiler populair. SABMiller, van oorsprong Zuid-Afrikaans, heeft merken als Pilsner Urquell, Grolsch, Foster’s en Miller in de portefeuille.
De cijfers van de twee groepen spreken tot de verbeelding: de jaaromzet van AB InBev bedraagt 47,1 miljard dollar, die van SABMiller 26,7 miljard. Ze verkopen op jaarbasis samen 780 miljoen hectoliter drank.
Voor AB InBev zou de overname van de sterkste concurrent het sluitstuk zijn van een rijke geschiedenis van fusies en overnames. De Leuvense brouwerij Stella Artois werd in 1987 omgedoopt tot Interbrew. In 2004 werd de naam veranderd in InBev. In 2008 werd dat Anheuser-Busch InBev, kortweg AB InBev.