De familie Engelschenschilt runt twee Carrefours in Lovendegem: eentje in het dorpscentrum en een andere in de Bloemekeswijk. Die laatste was al ‘maar’ 6 dagen op 7 open, die eerste zal dat voorbeeld nu volgen en voortaan ook één dag in de week dichtblijven.
“We zijn 5,5 jaar 7 op 7 open geweest, zelfs op feestdagen”, zegt Patrice Engelschenschilt. “Wij hadden al die tijd echt geen enkele vrije dag meer, omdat we continu bezig zijn met onze winkels. Het begon familiaal en mentaal wel door te wegen voor mijn vader en mij. We hebben er lang over getwijfeld om een dag te sluiten. De energiecrisis is de druppel.”
De energierekeningen voor de twee supermarkten zijn hallucinant hoog. “Vroeger betaalden wij voor onze winkel in het centrum 3.000 euro per maand aan Engie. Momenteel krijgen wij facturen van 16.000 euro per maand”, zegt Fabrice.
“In Oostveld Kouter zijn we van 2.500 naar 11.000 euro gegaan. Bovenop de indexatie van de lonen en huur zorgt dat voor een immense financiële druk op onze winkels. Naast onze sluitingsdag hebben we ook onze twee geranten moeten laten gaan. Dat zijn twee schitterende mensen, maar de loonlast lag plots te hoog dus er was jammer genoeg geen plaats meer voor hen. Hun uren worden niet vervangen. Ik ga die volledig zelf invullen bovenop al mijn werk.”
“Overleven”
Volgens Engelschenschilt zal de energiewinst door op maandag te sluiten eerder beperkt blijven. “Om onze energiekost te drukken hebben we wel bijvoorbeeld al twee koelcellen uitgeschakeld, een aantal losse frigo’s van onze leveranciers zijn van de winkel naar ons magazijn verplaatst. De winst door op maandag te sluiten zit hem vooral in onze personeelskost.“
“Nu hoeven we op maandag enkel onze bestellingen te maken voor de beide winkels, dus hoeven we maar 2 tot 3 uur meer te werken. Het personeel dat op maandag aan de slag was, zal nu op andere dagen wat langer werken. Zij begrijpen volledig onze beslissing. Winst maken zit er voorlopig niet echt in voor ons. Ik noem het eerder proberen overleven met de middelen die we hebben. Gelukkig is Engelschenschilt een ras dat niet snel opgeeft.”
