Winkels Driespoort Deinze mogen openblijven

driespoort-7 (Large) (2)De rechtsprocedure die midden december 2015 werd ingezet tegen de projectontwikkelaar van Driespoort Shopping Deinze is uitgesproken. De Gentse
kortgedingrechter heeft namelijk op 8 februari 2016 het bevel om de commerciële exploitatie in de Driespoort te staken met onmiddellijke ingang opgeheven. Dit bevel tot staking was er in december 2015 gekomen via een procedure op eenzijdig verzoekschrift van een buurvrouw. In deze procedure werd de uitbater van de Driespoort, de Kortrijkse
Toren nv, van projectontwikkelaar Hendrik De Keukeleire niet gehoord. Een derdenverzet werd toen door de bouwheer aangetekend.

De Gentse kortgedingrechter heeft nu beslist dat het stakingsbevel onwettig was en dat de winkels in Driespoort Shopping Deinze verder kunnen open blijven. Als redenen voor de opheffing van het stakingsbevel heeft de Gentse kortgedingrechter onder meer geoordeeld dat er geen sprake was van hoogdringendheid, dat de uitbating al in april 2015 van start ging en dat er geen bewijzen van hinder werden aangedragen.   Het is tergend hoe een administratieve procedure een dergelijk succesvol project kan vertragen en
imago schade kan berokkenen.

Uiteraard moet ook nog rekening gehouden worden met het arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen van 8 december 2015 dat de stedenbouwkundige vergunning heeft vernietigd dat betrekking had op een gedeelte van het commercieel complex. In dit dossier heeft de deputatie tijd tot 10 april 2016 om een nieuwe stedenbouwkundige vergunning af te leveren. Het debat dat daar aan de orde is, is de aanwezigheid van het MER-ontheffingsdossier (met inbegrip van
het mobiliteit effectenrapport) dat destijds door de cel MER destijds werd goedgekeurd, maar dat door een materiële vergissing niet bij de aanvraag werd gevoegd. Met andere woorden: de aanvrager heeft bij zijn stedenbouwkundigen aanvraag enkel dit ontheffingsbesluit gevoegd, en niet meer de hele mobiliteitsstudie op zich. Van een ontbreken van dergelijke studie is evenwel geen sprake. Anders zou de cel-MER ook nooit kunnen oordelen hebben over de milieueffecten. Thans loopt een openbaar onderzoek waarin het document werd toegevoegd en buurtbewoners een bezwaar kunnen indienen.

“Het is tergend hoe een administratieve procedure een dergelijk succesvol project kan vertragen en imagoschade kan berokkenen”, geeft Hendrik De Keukeleire aan. “Op basis het niet fysisch (wel digitaal) toevoegen van een rapport aan
een bouwdossier slaagt men er in een gerechtelijke procedure op te starten. Het project, dat gedurende jaren is voorbereid, ettelijke studies en onderzoeken heeft doorstaan en een oude, voorbijgestreefde industriële site succesvol ombouwde tot een vernieuwd stadsdeel, kan blijkbaar door één enkele eenzijdige uitspraak worden beschimpt. Het doet vragen rijzen bij vele investeerders.”

De projectontwikkelaar hoopt dan ook dat deze kwestie ook andere ondernemers alert maakt voor nog meer waakzaamheid inzake investeringsdossiers. Zelfs in het digitaal tijdperk moet blijkbaar nog een turf van een document op papier worden meegestuurd. “Begrijpen wie begrijpen kan”, geeft hij terecht aan.