Hoe concurrentieel is de Belgische economie? Om die discussie te objectiveren, heeft de federale overheidsdienst Economie in opdracht van vicepremier Kris Peeters (CD&V) een boordtabel klaar met veertig indicatoren die onder meer de loonkosten, energieprijzen en buitenlandse investeringen meten in België, Nederland, Frankrijk en Duitsland.
Elke zes maanden komt er een nieuwe stand van het land. Kris Peeters stelde op 15 juni de nulmeting voor. Het scorebord doet een beetje denken aan de “Kafkameter” waarmee de huidige burgemeester van Kortrijk, Vincent Van Quicquenborne, indertijd de administratieve vereenvoudiging naar een hogere versnelling wilde brengen. Het scorebord is in die zin ook een beetje een gimmick, maar geeft toch in één oogopslag een aantal zwaktes weer van onze economie die onderhand iedereen in ondernemingsland kent, maar waar weinig mee gebeurt: de hoge overheidsschuld, de lage werkzaamheidsgraad, het feit dat werknemers weinig vorming krijgen op het werk, en het feit dat er veel te weinig wordt geïnvesteerd in onderzoek blijven grote knelpunten.
Bovendien blijven met name kleine bedrijven het ontzettend lastig hebben om de eindjes aan elkaar te knopen. Vorige week gingen opnieuw 40 Oost-Vlaamse bedrijven over de kop, waaronder een bouwbedrijf uit Lebbeke, een verhuurbedrijf van machines uit Maldegem, een koerierbedrijf uit Erpe-Mere en een industrieel reinigingsbedrijf uit Aalst. Het bewijst nog maar eens dat heel wat kleine en middelgrote ondernemingen ondanks de berichten over beterschap in de economie het nog altijd erg moeilik hebben om het hoofd boven water te houden. Hopelijk zien we in de “barometer van Peeters” dan ook de komende maanden verbetering die ook de zaakvoerders van kleine ondernemingen kunnen helpen.
De volledige lijst van falingen vindt u op www.madeinoostvlaanderen.be/falingen.
