full_width_ter-beke-muller-fresh-food-hans-klein-rouweler Foto Vilt

Ter Beke rekent hogere kosten vertraagd door aan klanten

LIEVEGEM - Het Oost-Vlaamse voedingsbedrijf Ter Beke heeft het voorbije jaar minder winst geboekt. Dat komt omdat het bedrijf de hogere kosten voor onder meer energie, grondstoffen en verpakking slechts vertraagd kon doorrekenen aan zijn klanten.

De brutowinst (ebitda) van Ter Beke daalde over heel 2022 met zo’n 22 procent tot 36 miljoen euro. Na belastingen bleef er 4,5 miljoen euro over (-38 procent). De omzet van Ter Beke steeg wel het afgelopen jaar, met 12 procent naar 781,4 miljoen euro. In volume heeft het voedingsbedrijf minder verkocht, maar aan hogere prijzen.

Ter Beke stelt voor om het brutodividend te behouden op 4 euro bruto, in de vorm van een keuzedividend. Vooral bij de ‘bereide gerechten’ zoals Come a Casa was er een forse omzetstijging: +24 procent tot 338,9 miljoen euro. De prijzen werden opgetrokken en de foodserviceactiviteit herstelde na corona, zo staat in het persbericht.

Ter Beke zegt dat de inflatie van de prijzen in de winkel niet hebben geleid tot een daling van de consumptie. Maar doordat de kosten slechts vertraagd konden worden doorgerekend, lag de winst in deze afdeling wel nog 22 procent lager dan in 2021.

In de divisie ‘hartig beleg’ was er slechts een omzetstijging met 5 procent tot 442,5 miljoen euro. Ook hier werden de kosten met vertraging doorgerekend, maar de consumptie daalde en een aantal contracten werden niet verlengd. De brutowinst in deze afdeling zakte met 27 procent.

De geplande overname van Imperial-Stegeman (met onder meer de merken Aoste en Marcassou) is nog steeds niet goedgekeurd door de mededingingsautoriteiten, zegt Ter Beke, dat vorig jaar wel 2,3 miljoen kosten maakte ter voorbereiding van de overname.

LEES OOK. Mededingingsautoriteit onderzoekt overname van Imperial door voedingsbedrijf Ter Beke

Het meerjaren strategisch plan van Ter Beke zou vanaf 2023 de eerste vruchten moeten afwerpen. Het plan zet in op nieuwe plantaardige producten en het digitaliseren en duurzamer maken van zijn processen. De uitrol gaat wel gepaard met extra kosten.

Vooruitzichten

Het voedingsbedrijf is vooral optimistisch over zijn afdeling bereide gerechten, waar men verwacht dat de onderliggende brutowinst weer op het niveau van 2021 zal liggen. Bij de afdeling hartig beleg vreest men lagere volumes door het verlies van een aantal contracten, en een onderliggende brutowinst die nog niet op het niveau van 2021 zal liggen maar wel hoger zal zijn dan vorig jaar.

“Het geven van verdere vooruitzichten rond de beschikbaarheid en inflatie van grondstoffen blijft – zeker in tijden van onzekerheid – een moeilijke opdracht. De algemene schaarste aan bepaalde grondstoffen, ingrediënten en verpakkingsmaterialen kan in sommige gevallen immers leiden tot toeleveringsproblemen aan klanten wegens overmacht. Door de globaal gezien kortere contractperiodes kunnen bijkomende of verloren verkoopvolumes sneller dan in het verleden een impact hebben op de resultaten van de groep”, luidt het nog.