“Horeca is een beestje, je krijgt het te pakken of niet”, zegt Ruben Dhaese, die tijdens zijn opleiding voor elektricien al tafels afruimde. Twee jaar hield hij het vol als stielman, om uiteindelijk terug te keren naar zijn oude liefde.
Vlak voor de pandemie opende hij zijn eigen restaurant in Oudburg met grootmoeders keuken: De Bompa. Deze week startte hij een tweede zaak in dezelfde straat: Labyrinth. “De Bompa draait heel goed, maar we merkten dat mensen geregeld binnenkwamen om iets kleins te eten, wat niet de bedoeling is. Vandaar het idee voor een aperitiefbar wat verderop in de straat.”
Geen vogelnestjes in tomatensaus, halve kip met appelmoes of rijstpap met gouden lepel bij Labyrinth zoals in De Bompa, maar hummus, buikspek, kroketjes, kaasplank en gepaneerde mossels, gepaard met lekkere wijnen, biertjes, mocktails en cocktails.
200 nietjes
Labyrinth zit waar cocktailbar The Drifter lang was. De mozaïekjes van toen zijn behouden, maar de verlichting, de muren, de bar en het plafond zijn volledig vernieuwd. “Hiervoor hingen er netten aan het plafond, die hebben we er allemaal afgehaald. Meer dan 200 nietjes hebben we uit het plafond gehaald”, zegt Dhaese lachend.
Op vrijdagavond 9 februari is het grote openingsfeest met een gratis vat, maar wie wil kan ervoor al langskomen voor hapjes en een drankje. “Overdag mikken we vooral op toeristen en ’s avonds op studenten”, zegt Dhaese.
De komende jaren wil hij nog twee zaken openen in Gent. Over een jaar hoopt hij zijn derde zaak te openen, een kunstcafé. Voor de vierde zaak moet het concept nog worden bedacht.