In alle bedrijven in Vlaanderen werd in 2022 31,4 miljoen ton bedrijfsafval geproduceerd. Meer dan de helft daarvan is bouw- en sloopafval. Zowat een miljoen ton is restafval.
In het totaal kreeg 67,7 procent van dit bedrijfsafval een tweede leven. Het gaat dan bijvoorbeeld om compostering, anaerobe vergisting, hergebruik, materiaalrecyclage of als secundaire grondstof.
De cijfers worden niet afgezet tegenover de voorbije jaren omdat er voor het eerst gebruik werd gemaakt van een nieuw en accurater systeem dat werkt op basis van input van afvalverzamelaars en -verwerkers. In het verleden werd een beroep gedaan op een steekproef bij bedrijven die tweejaarlijks zelf hun afvalproductie moesten melden.
Met deze cijfers is Vlaanderen een van de koplopers in Europa. Maar toch wil OVAM nog verder gaan. Zo is het de bedoeling om tegen 2030 de hoeveelheid bedrijfsafval nog eens met 30 procent te reduceren. Voor huishoudelijk restafval wordt gemikt op 100 kilogram per persoon. Het terugdringen van de afvalberg heeft ook positieve gevolgen voor het klimaat en het milieu. De verbranding van één ton restafval komt namelijk overeen met één ton CO2.
“Recyclage is niet alleen beter voor het milieu, maar het is ook vanuit economisch standpunt een slimme keuze”, zegt Werner Annaert, administrateur-generaal van de OVAM. “We hebben in Vlaanderen en Europa weinig natuurlijke grondstoffen. Het spreekt voor zich dat we daar in de eerste plaats spaarzaam met moeten omgaan. Maar het is ook in ons eigen belang om waardevolle grondstoffen terug te winnen uit ons afval.”
