Doctoraat Gentse onderzoekster ziet in economie glansrol weggelegd voor algen

zsueAlgen zijn perfect inzetbaar als duurzame kleurstof, voeder voor vee en vissen en zelfs als voedingstof voor de mens. Bio-ingenieur Sue Ellen Taelman (foto) van de UGent bestudeerde in haar doctoraatsonderzoek de opmars van algen in ons dagelijks leven. Algen zijn momenteel het wondermiddel voor je huid, aldus de cosmetica-industrie. Maar deze organismen kunnen nog zoveel meer dat ze wel eens een groot onderdeel van onze economie kunnen worden.

Voor haar doctoraat deed Sue Ellen Taelman vier jaar lang onderzoek naar algen en voornamelijk naar de duurzaamheid van hun productie in Europa. Algen zouden namelijk de oplossing kunnen bieden voor een aantal grote milieuproblemen waar we in de toekomst mee te maken zullen krijgen. Twee sectoren waar algen alvast een waardig alternatief kunnen worden, zijn de aquacultuur en de veevoedersector.

“Momenteel is er in de aquacultuur zo’n 5 kilogram wilde vis, zoals ansjovis nodig, vermalen tot vismeel- en olie, om 1 kilo zalm te produceren. Die wilde vis eet op zijn beurt dan weer algen.  Een duurzame oplossing zou zijn om de tussenstap, de wilde vis, over te slaan en de zalm algen te voeren”, zegt Taelman.

Algen bevatten immers ook veel eiwitten, olie en vitaminen. Die grote hoeveelheid eiwitten zorgt ervoor dat algen ook ideaal zijn om in veevoeder te verwerken. Momenteel wordt massaal soja geïmporteerd om genoeg eiwitten in het veevoeder te krijgen. Die soja is voornamelijk afkomstig van landen zoals Brazilië, waar het Amazonewoud stukje bij beetje wordt gekapt om plaats te maken voor sojaplanten die in het Europees klimaat moeilijk kunnen geteeld worden. Maar ook andere waardevolle ecosystemen worden bedreigd door de stijgende vraag naar soja.

Taelman: “Voor de toekomst is het belangrijk om onze ecologische voetafdruk te verminderen en die waardevolle natuurgebieden te behouden. Europa moet dus de import beperken en meer zelfvoorzienend zijn op vlak van eiwitproductie. Toch mag de competitie voor vruchtbare grond niet toenemen. De kweek van algen kan hier een oplossing bieden aangezien algen in zee of op onvruchtbaar land kunnen gekweekt worden.”

Andere sectoren tonen ook meer interesse in het gebruik van algen. In de chemische sector worden momenteel al kleurstoffen uit algen gehaald. Voor de cosmetica passen algen perfect binnen de trend van maritieme producten. De energiesector onderzoekt de mogelijkheden om biodiesel, bio-ethanol of biogas te produceren op basis van algen. Europa moet namelijk tegen 2020 20% van zijn energie halen uit hernieuwbare bronnen.

Er is ook reeds onderzoek gedaan naar de voedingswaarde en de gezondheidsvoordelen die algen kunnen teweeg brengen. Algen kregen de titel van ‘superfood’ en lijken componenten te bevatten die bijvoorbeeld de kans op kanker verminderen en het immuunsysteem verbeteren.

Algen zijn bovendien erg eenvoudig te kweken en vormen geen bedreiging voor andere gewassen.  “Alle gronden die volledig uitgeput zijn qua voedingsstoffen kan je gebruiken om algen te kweken”, aldus Sue-Ellen Taelman. “Bovendien kunnen ze op afvalstofstromen groeien zoals urine of vergiste mest, en nemen ze CO2 op.”

Maar als de algenkweek zo voordelig is, waarom vinden we het groene goedje dan nog niet overal in terug?   De uitdagingen waar de producenten van algen mee te maken hebben, onderzocht Taelman in haar case studies bij Proviron in Hemiksem en in Lelystad. Proviron is een bedrijf dat algen kweekt in gepatenteerde zakken. In Lelystad worden algen gekweekt in open vijvers. Een eerste vaststelling op beide sites was de hoeveelheid energie die nodig is om het hele productieproces te laten draaien. “Als producent van algen heb je de indruk dat je duurzaam werkt. Je produceert algen op basis van rookgassen, waar CO2 inzit, en afvalwarmte. Maar de pompen en ventilatoren die je nodig hebt in je installatie, verbruiken zoveel energie dat dit neerkomt op een nuloperatie of zelfs een negatieve operatie op vlak van duurzaamheid. Toch zien we het niet somber in. Er is nog veel vooruitgang mogelijk om de technologie energetisch efficiënter te maken”, aldus Taelman.

Daarnaast stelde de bio-ingenieur  vast dat Proviron CO2 aankocht  in plaats van de eigen uitstoot te hergebruiken. Proviron gebruikte ook  verse stikstof, fosfor en sporenelementen om de algen te kweken in plaats van voedingsstoffen uit afvalstromen. “Hier zit je enerzijds met het probleem van de wetgeving. Wanneer je algen kweekt op afvalvoedingsstoffen, mag je ze niet gebruiken binnen de humane voedselketen”, aldus Taelman. Anderzijds is de aanvoer van afvalstromen niet altijd verzekerd, de hoeveelheid en samenstelling kan sterk variëren doorheen het jaar, waardoor de algen kunnen sterven.   Algenproductie in Europa is een jonge technologie met veel potentieel, maar een echte doorbraak blijft voorlopig uit. “Meer onderzoek is nodig om het productieproces duurzamer en efficiënter te maken”, concludeert Taelman