Indrukwekkend, zo ogen de gigantische onderdelen van de windmolen die liggen te wachten op de verdere opbouw op de site aan de Jonkersstraat, ten zuiden van het industrieterrein van Schendelbeke. De constructie heeft een tiphoogte van 200 meter: een mast van 125 meter en wieken van 75 meter lang.
Op de werf wordt alles voorbereid om de windturbine op te bouwen, alle grote onderdelen zijn intussen aangevoerd. Het gaat om de wieken en de torenonderdelen. En er staat een torenkraan om de reusachtige puzzelstukken in elkaar te passen.
Aandelen
Het windpark is goed voor een jaarlijkse productie van 13.055 MWh (megawatt uur) aan groene stroom, het equivalent van het jaarverbruik van 3.730 gezinnen. Het windpark zal tegen het einde van de zomer operationeel zijn. De burgers zullen financieel kunnen participeren in het project via de aankoop van aandelen.
Luc Van den Bossche was zondag een van de vele bezoekers op de werf. “Dit project heeft voor- en nadelen. Zo is het esthetisch zeker geen aanwinst. Die windmolen zal het mooie uitzicht dat men nu heeft vanaf de Oudenberg toch wat bezoedelen. Uiteraard zorgt die turbine wel voor groene stroom. Als het beperkt blijft tot één molen, daar kan ik nog mee leven. Als er meerdere komen zie ik dat eigenlijk niet echt zitten.”
Dat men in de regio nog windturbines gaat neerpoten, dat staat eigenlijk al vast. De zone tussen het bedrijventerrein Diebeke in Schendelbeke en de gemeente Lierde blijkt volgens een studie van de provincie Oost-Vlaanderen een geschikte locatie voor windmolens. De stad Geraardsbergen heeft de percelen in eigendom en laat nu door het Vlaams Energie Bedrijf (VEB) onderzoeken welke het meest geschikt zijn.
