AZ Nikolaas installeerde voor zijn 2500 vaste gebruikers en 1300 mobiele gebruikers een draadloos lokaal zonenetwerk (Wireles Local Area Network) met een uniform spraaknetwerk tussen zijn zeven vestigingen – vijf ziekenhuiscampussen, een logistiek centrum en een kantoorgebouw. Contact center, mobiele en UC-toepassingen (United Communication) maken artsen en diensten vlot bereikbaar voor elkaar en voor patiënten en families.
Met zeven locaties is AZ Nikolaas een vernetwerkt ziekenhuis, met artsen en medewerkers die pendelen tussen die verschillende vestigingen. In de drukbevolkte regio van het Waasland wil het ziekenhuis een laagdrempelige toegang tot kwaliteitszorg aanbieden. Een groeiende technologische dimensie en digitale communicatie gaan hierbij hand in hand. AZ Nikolaas koos voor oplossingen van het Amerikaanse Unify, dat in België een vestiging heeft in Huizingen, als digitale ruggengraat.
“In de digitale wereld van vandaag bepaalt de communicatie-infrastructuur voor een groot deel de toegankelijkheid van onze zorg”, zegt algemeen directeur Stefan Van den Brouck. “We willen vlot en gemakkelijk bereikbaar zijn voor onze patiënten en hun familie, maar we willen evenzeer efficiënt en transparant kunnen werken op diverse campussen. Daarom beslisten we om met Unify onze telefonie uit te bouwen tot een communicatie-instrument waarmee we onze missie doeltreffender kunnen invullen.”
Unify’s Unified Communications (UC) oplossing, met OpenScape Video en Web Collaboration, was de directe aanleiding om voor Unify te kiezen. Een centrale WLAN controller en een 300-tal antennes verspreid over de zeven locaties zorgen ervoor dat de informatiestromen over de glasvezelverbindingen vlot en betrouwbaar verlopen.
“Unify zorgde voor een sterk efficiëntieverhogende communicatieomgeving”, stelt facilitair directeur Koen Neve. “Als subregionale ziekenhuisgroep met zeven vestigingen zijn we ook sterk vernetwerkt via onze klinische samenwerkingsplatformen met UZ Gent en andere ziekenhuizen. UC stelt onze artsen in staat om snel web conferences op te starten voor multidisciplinair overleg.”