Tot vandaag heeft de Amerikaanse hoofdzetel van Tupperware geen commentaar gegeven over de Belgische vestigingen. Eind vorig jaar werden de licenties ingetrokken om potjes en andere plastic spullen te maken of verkopen in Aalst. Dat betekende dat de fabriek geen activiteiten meer kon uitvoeren, maar de lokale directie kreeg geen gehoor bij de Amerikaanse bestuurders.
De Amerikaanse producent van plastic potjes Tupperware Brands kwam vorig jaar in een onhoudbare situatie met een schuldenput van zowat 700 miljoen dollar. Er volgde een overname door kredietverstrekkers als Stonehill Capital Management Partners en Alden Global Capital, die ‘The New Tupperware Company’ zouden laten focussen op een aantal “kernlanden”. België is daar niet bij, werd eerder al duidelijk.
Bij een laatste ondernemingsraad, vorige week maandag, opperde de lokale directie om zelfstandig het faillissement aan te vragen, omdat het personeel geen werk meer had. Maar het was onduidelijk hoe dat exact zou moeten gebeuren zonder het akkoord van de Amerikanen. Die hebben ondertussen het licht op groen gezet om de Belgische vestigingen te ontmantelen. Er zijn nog geen data bekend over de verdere stappen in het faillissement. Maar de ondernemingsraad geeft maandag groen licht om de rechtbank te vragen een curator aan te stellen.
“We hadden liever een concrete datum gekregen”, klinkt het bij Chiara Van Geert van ACV. “Maar ik ben tevreden dat we het personeel nu kunnen zeggen dat het einde in zicht is. Ze (de Amerikaanse bestuurders, red.) hebben eindelijk gereageerd. Dat is geruststellend. Het betekent dat een faillissement niet geforceerd moet worden en dat we niet nog weken moeten doorgaan om te bekijken waar we iets kunnen forceren. De Amerikanen nemen hier hun verantwoordelijkheid, al is het laat.”
De vakbonden verzamelen volop claims van het personeel, dat vaak al decennialang voor de fabriek werkt. Dat betekent dat de ontslagvergoedingen zullen aantikken, al kan de vakbond nog geen concrete cijfers geven. Sowieso zal het personeel ook bij het FSO (Fonds Sluitingen Ondernemingen, een dienst van de RVA) aankloppen. Maar voor volwaardige ontslagvergoedingen zijn de personeelsleden aangewezen op de curatoren.
Het gaat dan om bedragen die oplopen tot vele tienduizenden euro’s, meer dan de maximumbedragen die voorzien zijn in het FSO. “Het gemiddelde is 23 jaar dienst”, zegt Van Geert. “Bijna iedereen zit over de 30.000 euro die het FSO waarborgt.”
Geen contact met de pers
De Belgische afdeling van Tupperware heeft een eigen statuut, maar werkte steeds onder strikte orders van de hoofdzetel. Er is een lokale directie, maar die heeft de voorbije maanden – toen het moederbedrijf in moeilijkheden kwam – alle contact met de pers vermeden.
Enkel de bonden staan in contact met de directie en kunnen enige toelichting geven over de waarde van de inboedel van het bedrijf. Het gaat in eerste instantie om een fabriekspand in Aalst, dat omwille van een interessant ligging een gunstige economische waarde zou hebben. Ook de machines in de Aalsterse fabriek zijn eigendom van het lokale filiaal en kunnen dus verkocht worden, al gaat het vaak wel om relatief verouderde apparatuur. Anderzijds is er ook sprake van schulden bij onder meer RSZ. Het is afwachten welk bedrag uiteindelijk ter beschikking van het personeel zal staan.
Lege doos
De kans is klein dat al het personeel van Tupperware General Services, de kleinere Belgische afdeling die plastic spullen ontwikkelt, een volwaardige ontslagvergoeding zal krijgen. Dat verneemt Belga bij vakbondsbronnen.
Waar de 270 arbeiders van de Tupperware-fabriek in Aalst hun ontslagvergoeding zullen kunnen verhalen op een curator die bedrijfsbezittingen zal verkopen, heeft de kleine poot waar een 50-tal bedienden en kaderleden plastic spullen ontwikkelen, weinig bezittingen. Het bedrijfspand van Tupperware General Services, ook in Aalst, wordt gehuurd.
Lees ook: Unizo vraagt tewerkstellingscel na golf ontslagen in Oost-Vlaanderen
Voor de fabrieksarbeiders betekent dat duidelijkheid over hun ontslagvergoedingen. Maar de personeelsleden van Tupperware General Services zullen pas na de liquidatie duidelijkheid krijgen over de beschikbare middelen om ontslagvergoedingen uit te betalen. De personeelsleden kunnen wel terecht bij het FSO, het Fonds voor Sluiting van Ondernemingen van de RVA, al geldt daar een plafond op de ontslagvergoedingen.
Er komt ook een jobbeurs waar het personeel kennis kan maken met industrie in de buurt.