Het Gentse Alco Bio Fuel, dat bio-ethanol produceert op basis van granen, heeft na het faillissement van het Spaanse Abengoa Bioenergy een plant aan zijn productie-arsenaal toegevoegd. Bio-ethanol wordt als additief toegevoegd aan benzine, waardoor motoren minder CO² uitstoten.
Alco Bio Fuel zal nu produceren in de fabriek van Abengoa in Rotterdam, één van de grootste bioraffinaderijen van Europa, die jaarlijks goed is voor 480.000 kubieke meter of 480 miljoen liter brandstofethanol en 360.000 Mt aan DDGS (Dried Distilled Grain with Solubles). Daarnaast genereert de plant jaarlijks zowat 48MW elektriciteit voor de overdekte tuinbouw.
Dankzij de aankoop zien de aandeelhouders van Alco Bio Fuel – Alcogroep, Vandema, Vanden Avenne Izegem en Aveve – de productiecapaciteit van hun gezamenlijke onderneming stijgen van 250.000 naar 700.000 kubieke meter per jaar.
“Het is de bedoeling de fabriek in Rotterdam nog dit jaar terug op te starten, meldt Alco Bio Fuel. “We plannen de nodige investeringen om de plant om te bouwen tot een state-of-the-art fabriek op het vlak van productie-efficiëntie, veiligheid en milieu-impact. Daarvoor rekenen we op het bestaande management en personeel in samenwerking met ons eigen team.”
“Wij geloven vast dat bio-ethanol, een positieve bijdrage kan leveren aan de ambitieuze doelstellingen van de Europese Unie om tegen 2030 de overgang naar een koolstofarme economie waar te maken”, laat Benoit Verbruggen, voorzitter van het directiecomité van Alco Bio Fuel optekenen.