GENT – Vergeleken met de andere Vlaamse provincies, hebben de Oost-Vlaamse kmo’s (11,6%) de meeste internationale uitbreidingsplannen. Ter vergelijking: het Vlaamse gemiddelde ligt op 9,8%, het nationale gemiddelde op 13,1%. De onduidelijkheid over de lokale wetgeving inzake tewerkstelling en de moeilijkheden bij het vinden van geschikte profielen in het buitenland vormen echter nog belangrijke uitdagingen bij de internationale plannen van Oost-Vlaamse kmo’s. Dat blijkt uit een onderzoek van HR-dienstverlener SD Worx bij 1004 Belgische kmo’s.
De Oost-Vlaamse kmo’s hebben de grootste internationale ambities van alle Vlaamse provincies. Meer dan één op tien plant tegen 2023 de buitenlandse markten (verder) te verkennen. 7,8% van de Oost-Vlaamse kmo’s geeft aan om extra personeel te willen aanwerven om de internationale ambities te kunnen opvangen. 3,8% plant een uitbreiding naar het buitenland met het huidige personeelsbestand.
Het overgrote deel van de Oost-Vlaamse kmo’s (62,1%) voorziet de uitbreiding in Europa. 27,9% beperkt zich tot onze buurlanden. Een minderheid (8,7%) heeft ook interesse in het verkennen van de Amerikaanse en/of Canadese markten. Opvallend is ook dat maar liefst een vierde (24,2%) van de Oost-Vlaamse kmo’s op dit moment al in minstens één land buiten de Belgische grenzen vertegenwoordigd is; 6,3% is zelfs in meer dan 10 landen aanwezig.
Onduidelijkheid over plaatselijke regelgeving
Voor iets minder dan een derde van de Oost-Vlaamse kmo’s blijkt onduidelijkheid over de plaatselijke regelgeving inzake tewerkstelling hét grote punt dat hen ervan weerhoudt nieuwe markten aan te boren. Ook de vrees om geen geschikte profielen te vinden is een belangrijke hinderpaal voor om (verder) te internationaliseren.
Gentse scale-up Intuo getuigt
Intuo, dat 30 werknemers tewerkstelt, rekruteerde sinds kort een Nederlandse werknemer om de Nederlanse markt verder te ontwikkelen. Fé Zenner, verantwoordelijk voor Finance en HR bij Intuo, ging bij SD Worx te rade voor advies en de uitwerking van het arbeidscontract: “Er zijn echt grote verschillen qua arbeidswetgeving. Dat gaat van aantal uren in de werkweek, over vakantiedagen, proefcontract, ontslag, kosten, doorbetaling bij ziekte en pensioenregeling. Echt alles is er anders. Ik ben erg blij dat ik advies heb ingewonnen bij een ervaren partner om dit allemaal correct te kunnen aanpakken en hiervoor het nodige papierwerk uit handen kon geven. Nu ben ik gerust dat ik op een volledig correcte manier mijn buitenlandse werknemer kan verlonen”, stelt Fé Zenner tevreden. “Internationalisering is misschien complex, maar dat maakt het ook erg boeiend.”
