Het kantoorgebouw in de Hendrik Consciencestraat, tussen het station van Mechelen en de Bruul, werd in 2004 gebouwd. Ongeveer vijftien jaar lang was het de thuisbasis van VDAB. Eind 2020, in volle coronacrisis, besliste vastgoedinvesteerder Druon om het gebouw compleet te renoveren. Alleen de betonnen constructie van het pand bleef bestaan. De rest werd volledig en op een duurzame manier vernieuwd. Intussen is het gebouw klaar om de eerste huurders te ontvangen.
“Het gebouw voldoet op vlak van duurzaamheid aan de meest moderne standaarden”, zeggen architecten Gaetan Boulet en Nick Bila. “De gevel werd als het ware ingepakt als een thermos en aangekleed met Europees hout, op het dak komen zonnepanelen en koelen en verwarmen gebeurt via klimaatplafonds. Die zorgen op een aangename manier en zonder grote luchtverplaatsingen voor de juiste temperatuur. Daarnaast zorgden we voor extra lichtinval en kan het gebouw modulair en flexibel ingericht worden. Het is volledig klaar voor de toekomst.”
Vlaggenschip
In totaal beschikt het gebouw over veertien units van verschillende oppervlaktes. “Ongeveer 70% van de ruimtes is intussen verhuurd”, zegt Erik Bogaerts van Druon. “Onder meer zorgorganisatie i-mens zal hier vanaf volgende maand haar intrek nemen. Ook Natuurpunt huurt één van de ruimtes. Daarnaast zijn we in gesprek met een ondernemer voor de realisatie van een koffiebar waar huurders en voorbijgangers gebruik van kunnen maken. Enkele ruimtes zijn nog niet bezet. Eén daarvan is een ruimte van 800m² op de vierde verdieping. Daar heb je een mooi uitzicht over Mechelen.”
Op termijn krijgt de Hendrik Consciencestraat een nieuwe inrichting. Er zal enkel nog lokaal autoverkeer welkom zijn en er worden brede voet- en fietspaden aangelegd. Die werken maken deel uit van het stationsproject. “Dankzij de renovatie wordt Hendrik & Co het vlaggenschip van de vernieuwde Hendrik Consciencestraat”, zegt burgemeester Alexander Vandersmissen (Vld-Groen-m+). “Het duurzame karakter van het gebouw staat ook symbool voor het duurzaamheidsverhaal dat we als stad willen uitdragen. We vinden het belangrijk dat ondernemingen daarop inzetten.”
