Terras in Corbiestraat Mol september 2021

Torenhoge boete geëist voor zaakvoerder failliete La Cita

HEIST-OP-DEN-BERG - De Mechelse arbeidsauditeur heeft zes maanden cel en een boete van meer dan 200.000 euro gevorderd tegen de zaakvoerder van het ondertussen failliete La Cita in de Bergstraat in Heist-op-den-Berg. Bij verschillende controles werden tal van sociale inbreuken vastgesteld.

Arbeidsauditeur Gianni Reale was niet mals voor de zaakvoerder. “Er was in de brasserie blijkbaar een policy om de sociaalrechterlijke verplichtingen niet te volgen. Er was echt sprake van hardleersheid”, zei hij. “Bij de controles zijn verschillende overtredingen vastgesteld. Gaande van inbreuken die te maken hadden met flexijobs tot arbeidsovereenkomsten die niet in orde waren.”

Tegen de man is zes maanden cel en een boete van 216.000 euro gevorderd. De arbeidsauditeur vroeg ook om de man een beroepsverbod van een jaar op te leggen.

Verzegeld

“Het liep werkelijk de spuigaten uit. Er waren zoveel inbreuken dat de zaak zelfs werd verzegeld. Net op het moment dat de horeca na een verplichte sluiting door corona opnieuw haar deuren kon openen. Het gevolg was dat er geen geld meer binnenkwam, maar dat de vaste kosten wel bleven doorlopen. Uiteindelijk eindigde het in een faillissement van de werkvennootschap en twee maanden later ook in die van de managementvennootschap”, zei een advocaat die de curator vertegenwoordigde. “Zonder de inbreuken en de opgelegde sluiting had de horecazaak na corona wel gewoon kunnen openen en inkomsten kunnen genereren. En dan was er wellicht geen faillissement gevolgd.”

Behandeling

De zaakvoerder was zelf ook aanwezig op het proces en nam ook meermaals het woord. “Ik had alles. Vroeger draaide ik echt grote omzetten. En nu ben ik alles kwijt. Ik heb zelfs geen adres meer”, zuchtte de man. “De belangrijkste oorzaak was mijn alcoholverslaving. Ik ben er echt beschaamd om. Ondertussen heb ik wel een behandeling gevolgd om een einde te maken aan mijn verslaving.”

De advocate van de beklaagde vroeg aan de rechtbank om haar cliënt opschorting van straf op te leggen, al dan niet gekoppeld aan voorwaarden. Uitspraak volgt op 18 maart.