We schrijven 1968, wanneer Remi De Moor tijdens zijn legerdienst in Duitsland aan de slag gaat met polysterplamuur. Hij herstelt er het koetswerk van de legervoertuigen mee en ziet er meteen ook potentieel in voor de Belgische markt. Na zijn legerdienst voegt hij de daad bij de woord en wordt hij de Belgische verdeler voor het Duitse Voss Chemie.
LEES OOK. Kunststoffenpionier en ex-wielersponsor Remi De Moor (87) overleden
Vanuit zijn zaak in de Borgerhoutse Sergeyselsstraat voorziet hij koetswerkherstellers in het hele land van het gegeerde product. Toch zijn het niet alleen de producten die aanslaan bij de klanten. Zij stellen vooral op prijs dat hij met hen meedenkt en veel tijd investeert in het bedenken van oplossingen voor hun technische problemen. “Mijn vader was echt een pionier”, vertelt zijn dochter en één van zijn opvolgers Claudia De Moor. “Hij experimenteerde voortdurend met onze producten. Mijn vader ontwikkelde onder andere tennisrackets en wieken voor windmolens, maar leverde ook materiaal aan kunstenaar Panamarenko, die wereldberoemd werd met zijn futuristische beelden. Zelfs voor de praatpalen langs de Belgische snelwegen ontwikkelde hij specifieke oplossingen”, klinkt het.
Wereldrecord
Eén van de meest memorabele samenwerkingen was volgens Claudia toch wel die met baanwielrenner Eric Schoefs. Meer dan een jaar werkten De Moor en het team achter Schoefs aan een carbonfiets, waarmee de Bilzenaar in 1995 het Belgische record tweehonderd meter baanwielrennen verbrak. Dat hield maar liefst 22 jaar stand en sneuvelde pas in 2017. “Toen Schoefs aan de start kwam, hield iedereen zijn adem in”, vertelt Claudia. “We hadden de fiets vlak voor de start horen kraken. We vreesden dat hij het zou begeven aan de hoge snelheden van Schoefs.” Ook de wielrenner zelf was er niet gerust in, omdat er net voordien nog een aanpassing was gebeurd. “Eigenlijk was het onverantwoord dat ik aan die snelheden de baan opging met een fiets waarvan we niet zeker wisten of hij het zou houden”, getuigt Schoefs. “Maar het lukte en ik verbrak het record op de tweehonderd meter!”
Opa van het peloton
De gedrevenheid waarmee De Moor destijds mee een hypermoderne carbonfiets ontwikkelde, zegt veel over zijn liefde voor het wielrennen. Die ging veel verder dan alleen de ontwikkeling van een baanfiets. Zo sponsorde hij meer dan zeventien jaar de Gentse zesdaagse. De Moor hielp daarmee de organisatie van de baanwedstrijd overleven tijdens enkele moeilijke jaren. Jaren later nam sportorganisator Golazo het evenement in handen, maar zonder de financiële steun van De Moor had het mogelijk zelfs niet meer bestaan.
De Moor fietste ook zelf, al begon hij volgens Claudia pas laat deel te nemen aan wedstrijden. “Hij moet al veertig geweest zijn toen hij een eerste wedstrijd reed”, zegt ze. “Voor hem was het echt een uitlaatklep waarin hij zich helemaal kon uitleven. Hoewel we nooit mochten komen supporteren, kwam hij weleens thuis met een bos bloemen. Dat maakte veel goed natuurlijk.” Door zijn rol als superfan en mecenas kende hij de wielerwereld als geen ander, maar omgekeerd kende iedereen in de wielerwereld hem ook. Zelfs op zijn 84ste reed hij nog wel eens een trainingsrit mee met de profs. Die noemden hem liefkozend ‘de opa van het peloton’.
Wereldpers in Koningshooikt
Profwielrenners hadden respect voor hem. Ze zagen De Moor niet als een zoveelste zakenman die zich met geld in het wereldje wilde inkopen. Dat bewees onder andere zijn hechte band met voormalig topwielrenner en drievoudig winnaar van de Ronde van Vlaanderen, Fabian Cancellara. Die ging op het hoogtepunt van zijn carrière alleen akkoord met de oprichting van een internationale fanclub als De Moor hiervan de voorzitter zou worden. En zo geschiedde.
De Moor sloeg de handen in elkaar met Polle Wouters van café Jong Jut in Koningshooikt en de fanclub van de wereldberoemde Zwitserse renner was een feit. “Het was een fenomenale periode”, herinnert Polle zich. “Elk jaar kwam Fabian hier pintjes tappen voor zijn fans. Daar kwamen wel vijfhonderd mensen op af, maar het evenement trok ook internationale pers aan. De straat stond toen vol zendwagens van internationale tv-stations. De pers was zo massaal aanwezig dat het wel de Wetstraat leek.”
Zoals bij alle renners kwam er ook een einde aan de topjaren van Cancellara. Daarmee verwaterde de fanclub. Maar de band tussen De Moor en Cancellara ging allerminst achteruit. De twee hielden contact en hoorden elkaar regelmatig. Het was een hechte vriendschap. De Moor werd weleens de Belgische vader van Cancellara genoemd. “Toen het al een tijdje minder goed ging met Remi en duidelijk werd dat hij het niet zou halen, is Fabian hem nog komen opzoeken”, klinkt het in zijn entourage. “De twee hebben nog afscheid genomen. Een drietal weken is Remi overleden, omringd door zijn naaste familie.” Zijn wielerhart leeft voort in de wedstrijden die hij hielp te overleven.