charles-stokerij

De klare kijk van Charles Leclef van Brouwerij Het Anker: “Geld interesseert me niet.”

MECHELEN – Charles Leclef leidt ondertussen al meer dan 30 jaar de Mechelse brouwerij Het Anker. Toen hij in het familiebedrijf stapte was het meer dood dan levend en stonden de prachtige oude brouwersgebouwen aan het Begijnhof op instorten. Nu rijft de stadsbrouwerij de ene na de andere erkenning binnen voor haar bieren en …de whisky.

Charles Leclef is de vijfde generatie binnen de brouwersfamilie. Toen hij in 1990 op 24-jarige leeftijd het familiebedrijf overnam van zijn nonkel, was de brouwerij op sterven na dood. Dertig jaar later heeft Charles het gevoel dat ‘Het Anker 2.0’ klaar is voor de toekomst.

Beleving
“Ik ben groot gebracht op deze plek”
, zegt Charles. “Ik voelde me als jonge snotneus sentimenteel gebonden. Ik was 24 en moest een keuze maken. De grootste troef was de historische site: zo’n authentieke ziel creëer je niet, de beleving hier in de brouwerij is écht en onbetaalbaar. De opstart van de rondleidingen, de brasserie in 1997 en het brouwerijhotel in 1999 zorgden voor een grote visuele kentering van de oude gebouwen op de site in het door Unesco erkende Groot Begijnhof van Mechelen.” Ondertussen werd in Blaasveld (Willebroek), de oude stokerij van de familie nieuw leven ingeblazen en wordt er naast bier, ook whisky gemaakt. “We hebben alle winst steeds weer in het bedrijf gestopt, want geld interesseert me niet. Het is allemaal heel organisch gegaan. De waarden en normen die bij ons belangrijk zijn vormen een stuk van onze kracht, maar onze mensen – het zijn er een honderdtal – vormen ons grootste kapitaal.”

Hoe beleeft de brouwerij deze coronacrisis?
Wij zitten natuurlijk in een sector die zwaar geraakt wordt. De horeca is gesloten en de export ligt plat. De verkoop van bieren valt terug naar ongeveer 35% van ons normaal volume. Daarbij komt dat heel het gedeelte publiekswerking helemaal wegvalt. Het hotel, dat de laatste maanden een bezetting had om u tegen te zeggen valt van dag op dag terug tot nul. De brasserie, waar we vorig jaar nog 30.000 bezoekers hadden, is gesloten. Dat betekent ook dat ongeveer 70 mensen technisch werkloos zijn.

Is de coronacrisis ook niet een beetje een reset-knop voor de economie? Hoe zie jij dat evolueren?
Cijfers en rendementen interesseren mij niet het meest. Ik maak er mij dus ook niet te druk om. Ik probeer iedereen hier ook gerust te stellen. We zijn samen met de boot gestrand en we zullen hem samen terug proberen vlot te krijgen. Hoe we dat gaan oplossen zullen we wel zien.
De coronacrisis is een zeer interessant experiment – als je het zo mag noemen – om te kijken hoe de mensen reageren als je de hele boel sluit. Dan zie je ook hoe fake de wereld was. Je ziet bijvoorbeeld dat de mensen met jobs die ondergewaardeerd werden, zoals onderwijs en zorg, nu de boel recht houden. De rest is allemaal nep. Van dag op dag is er plots geen ander nieuws meer. Dat is toch onvoorstelbaar. Ik hoop dat de politici uit deze situatie lessen trekken en alles eens van een andere kant gaan bekijken.

Welke kant bedoel je?
De rol van de economie is helemaal veranderd tijdens de coronacrisis. Men heeft ons altijd voorgehouden dat de economie ten alle prijzen moet draaien omdat het de enige manier is om te overleven en welvaart te creëren. Nu zie je dat wanneer de economie niet draait je een ander systeem kan vinden om het op te vangen. Ik zeg niet dat dat continu zo moet zijn. Maar in hetgeen nu gebeurt zie ik heel veel terug van het fairisme.

Je bent de ‘uitvinder’ van dat fairisme. Kan je nog even uitleggen wat het precies is?
Fairisme is een nieuwe politiek-maatschappelijk stroming. Na de economische crisis van 2008 kreeg het verhaal van het neoliberalisme een deuk, slechts enkele decennia nadat het communisme sneuvelde. Sindsdien leven we in een soort no man’s land. Het fairisme biedt een antwoord. Het kijkt naar de voorgaande verhalen en weet hun sterktes te combineren en hun valkuilen te vermijden. De begrippen ‘vrijheid’ en ‘gelijkheid’ beperken elkaar niet meer, maar liggen in elkaars verlengde. Alles vertrekt vanuit de vraag ‘Is dit fair?’

Als brouwerij kunnen we Het Anker tot de maakindustrie rekenen. Wat opvallend was de afgelopen maanden, was dat wij voor essentiële zaken als mondmaskers naar China moesten, alsof wij dat zelf niet kunnen maken. Is de maakindustrie niet wat verwaarloosd in ons land?
Absoluut.. Het was bijvoorbeeld de sterkte van de Belgische bieren dat ze konden exporteren omdat er in andere landen nog maar weinig brouwerijen waren die deftig speciaal bier maakten. Nu begint er internationaal van alles te bewegen op dat vlak. Ik vind dat het dan ook geen zin heeft om bijvoorbeeld in China nog te gaan vechten om er bier te verkopen. We hebben natuurlijk een markt nodig, maar die kunnen we ook lokaal vinden. Je kunt ook hier groeien. En als je als bedrijf denkt dat je hier aan je limiet zit en je wil toch nog altijd meer hebben dan ben je misschien verkeerd bezig. Je gaat dan je concurrenten opkopen en zo word je uiteindelijk een multinational. Dat zijn gewoon puur financiële constructies die niet ontstaan zijn vanuit de noden van de markt. Dat zie je nu veel duidelijker omdat de grenzen dicht zijn.

Is het in deze tijden survival of the fittest? Of moeten we proberen om zoveel mogelijk bedrijven, ongeacht de sector, te redden?
Ik kan moeilijk over andere bedrijven spreken, maar het zou een beetje zichzelf moeten uitwijzen. Je moet je afvragen of je nog een reden van bestaan hebt. Er moet wel de kans gegeven worden aan iedereen, omdat dit toch een geval van overmacht is. Het is natuurlijk wel sympathiek dat de overheid nu miljoenen in de economie pompt, maar het zal wel moeten terugbetaald worden.
Neem nu de reclame-industrie. Jaarlijks worden er honderden miljarden uitgegeven voor publiciteit en reclame. Dat is nu grotendeels weggevallen omdat niemand iets mag kopen. Heeft jou dat gestoord? Ligt daar iemand wakker van? Dat zijn dan toch miljarden die verkeerd gebruikt worden.

Is de coronacrisis een kans voor het fairisme?
Ik heb niet de ambitie om de wereld te veranderen met het fairisme. Het idee ervan is dat je een maatschappij probeert te organiseren zonder te vertrekken van je eigen groot gelijk. Dat is nu niet het geval en daardoor zijn politieke partijen meer met zichzelf bezig dan met fundamentele beheer van de maatschappij. Fairisme zegt dat er geen eigen gelijk bestaat. Je denkt na om van een algemeen aanvaard element te vertrekken. Er is in die zin iets wat iedereen graag zou hebben. Dat is dat er een rechtvaardige, faire vorm van samenleving is voor iedereen. En natuurlijk mogen er verschillen zijn tussen mensen. Het is die mentaliteitswijziging die er moet komen. Daar zou de coronacrisis misschien een beetje bij kunnen helpen.

Je ziet toch dat veel bedrijven plots veel duurzamer gaan ondernemen. Is dat een goed gevolg van Covid 19?
Thuiswerk bijvoorbeeld, bestond al langer, maar nu zijn we allemaal verplicht geweest om het te doen. En plots zie je dat er geen wagens meer op de weg zijn en dat de mensen met een grote glimlach thuis zitten. Dat zal blijven bestaan denk ik. Hopelijk zijn er op het vlak van duurzaamheid nog zo een aantal dingen die blijven bestaan.

Wat zie je in deze context als prioriteiten?
We gaan onze salesmensen terug de baan opsturen om klaar te zijn voor de opening van de horeca. Onze bestaande projecten blijven gewoon doorlopen. Voor de horeca in het algemeen gaan we misschien het hele model wat moeten herschikken. De vraag is hoe de mensen de horeca gaan ervaren?

Wat heb je zelf, als ondernemer, geleerd uit deze periode?
Voor mij was er geen groot verschil. Ik heb geen nood aan materialisme of om overal te gaan rondlopen om mij te tonen. Het enige wat mij wel opgevallen is, is de stilte. Eindelijk was het nog een stil in de stad. Het deed deugd om eens geen auto’s te zien op de ring.

Deze reeks met getuigenissen van topondernemers, loopt ook in de andere regio’s van Made In. Zo kan je deze week de ‘Klare Kijk’ terugvinden van onder meer Christophe Desimpel, Stijn Bijnens (Cegeka), Anneleen Desmyter (Aldea), Charles Leclef (Brouwerij Het Anker) en Dominic De Gruyter (PFL).